Wie is er tegenwoordig niet voor e-learning? Hét middel bij uitstek om op een snelle, efficiënte en effectieve manier het leren in het onderwijs en in organisaties te bevorderen. Toch worden er door professionals uit de trainingindustrie ook serieuze vraagtekens geplaatst bij de mogelijkheden van e-learning? Drie mythen zijn deze week in Orlando door Elliot Masie op ‘Learning 2007’ geformuleerd.
In de praktijk zien we veel stereotype reacties op het gebruik van ‘E’. Uiteenlopend van ‘vanaf nu zal leren definitief veranderen’ tot ‘niets werkt met computers en dat geldt ook voor E-learning’. Optimisme en naïviteit lijken hand in hand te gaan als het gaat om E-learning. En dat kan tot kostbare misverstanden leiden, want de implementatie van E-learning wordt meestal gedaan door die professionals, die ervan overtuigd zijn dat E-learning altijd en in iedere situatie de beste oplossing voor leren is. Dat is niet zo. Daarom drie mythen, die kunnen helpen om met een gezonde dosis verstand te kijken naar de mogelijkheden en de beperkingen van E-learning.
Mythe 1: E-learning is nieuw
Veel op het gebied van technologie rondom het internet is nieuw. Maar dat geldt niet voor E-learning. Feitelijk op te vatten als een vorm van leren op afstand, zoals dat al aan het begin van de vorige eeuw via de radio plaatsvond in de Verenigde Staten en Europa. Daar waar E-learning wordt verbonden met computer based instruction is het meer recent. Maar het is een misverstand te denken dat E-learning is verbonden met de start van het internet begin jaren negentig van de vorige eeuw. Allerlei onderwijs- en mediadeskundigen hebben al decennia de mogelijheden verkend van technologie om het leren te ondersteunen (radio, televisie, ingewikkelde apparaten voor geprogrammeerde instructie e.d.). De kracht van E-learning kan nog beter worden benut als de lessons learned vanuit de historie worden meegenomen.
Mythe 2: E-learning vervangt het onderwijs
In het verleden is maar al te vaak gedacht dat technologie het klassieke leren zou vervangen. Denk aan de beginjaren van de school-tv, de rapid e-learning programma’s om met textverwerken of computers om te gaan enzovoort. Toch blijkt dat in de praktijk allemaal mee te vallen. Centraal in het onderwijs –en in veel trainingen- staat de interactie tussen de mensen. Veel E-learning programma’s zijn (nog) te eendimensioneel om de verrijkende ervaringen van lerende mensen in groepen zonder meer te vervangen. Toch ontstaan er aan de horizon geheel nieuwe mogelijkheden. De uitstekende beeld- en geluidskwaliteit, via bijvoorbeeld skype, biedt kansen om op grote afstand met elkaar eenvoudig te kunnen communiceren (en te leren). Een indrukwekkende demonstratie van dit type afstandsleren werd deze week in Orlando op Learning 2007 getoond. Via een breedband internetverbinding (in HD-kwaliteit!) werd aangetoond dat jonge muzikanten afstandsonderwijs kunnen genieten van hun docenten, die waar ook in de wereld op tournee zijn. In die zin gaat E-learning interessante kansen bieden om het huidige onderwijs –en trainingen- aan te vullen. Te verrijken. Maar zeker niet tevervangen.
E-learning, in onze optiek, is niet meer of minder dan een didactische werkvorm. Wel of niet bruikbaar in een bepaalde context. Te vergelijken met pizza’s. Je kunt wel kiezen wat erop wordt gedaan, maar het blijft een pizza. En het is niet gezond om iedere dag een pizza te eten. Zo lijkt het ons ook niet zo gezond om teveel leren uitsluitend via E-learning te laten plaatsvinden.
Mythe 3: E-learning is goedkoop
De prijsstelling van e-learning blijkt in de praktijk nogal moeilijk te beoordelen. In de praktijk blijkt de prijs per deelnemer bepaald te worden door een combinatie van factoren: ontwerp en inhoud van het programma, het lms (learning management system) en/of de hosting. De transparantie in de prijzen blijkt in de praktijk niet mee te vallen. Als dan ook nog eens wordt gegoocheld met verletkosten in samenhang tot de kosten van e-learning, dan raken veel managers en organisaties het spoor bijster. In dit opzicht is er sprake van een jonge industrie in opkomst en waarbij de marketing vaak goed is geregeld. De transparantie in prijsstelling, bijvoorbeeld gebaseerd op benchmarks, is een logische en volgende stap. Om op die manier te vermijden dat organisaties teveel betalen voor e-learning. Want op de langere termijn is dat schieten in eigen voet.
De toekomst van e-learning
Het is duidelijk dat eigentijdse technologie het leren in het onderwijs en in organisaties definitief gaat veranderen. Dat geldt echter ook voor e-learning. In plaats van ‘mooie boeken via de computer met slimme feedback en vaak mooie simulaties’ ontstaan er online omgevingen waarin de interactie tussen mensen het leren bevordert. Waarschijnlijk ondersteund door applicaties die we nu nog e-learning noemen.
Mail s.v.p. je positieve en negatieve ervaringen met E-learning in organisaties. Mogelijk op weg naar een interessante anti-checklist: E-learning verknallers.
Meer weten over E-learning? Check dan de website van de Nederlandse vereniging van ICT-professionals in het onderwijs: www.ieni.org en bezoek bijvoorbeeld hun jaarlijkse seminar in november.
· Architect van toekomstbestendige oplossingen om mensen & organisaties meetbaar met 70:20:10 oplossingen beter te laten presteren.
· Auteur van boeken met het doel hrd te versterken zoals '70:20:10 naar 100% performance', ‘Kostbaar Misverstand; van training naar business improvement’ en ‘Liever (g)een training’.
· Samen met Charles Jennings en Vivian Heijnen heb ik het 70:20:10 Institute opgericht om dit gedachtegoed in cocreatie met onze collega's in de wereld te verspreiden en te verbeteren.
Kan mij goed vinden in dit artikel, het zet kanttekeningen bij de te grote verwachtingen van deze methode.
Vanuit mijn werk heb ik al heel wat discussies, plannen en andere ideeën zien voorbij komen.
Voordeel t.o.v. het L.O.I. systeem, is dat je niet dagen moet wachten op de antwoorden op je vragen, maar dat via e-mail deze tijd wordt verkort.
Zelfs een stukje interactief is mogelijk, maar kijkend naar schriftelijke cursussen blijft het alleen studeren nog steeds bestaan.
Ben heel benieuwd naar de toekomst of e-mail leren zich ontwikkeld.
Persoonlijk denk ik dat E-learning wel degelijk een goede markt kan bedienen mits, zoals het artikel al duidelijk aangeeft, het passend is toegespitst voor de betreffende situatie.
In 1995, toen nog werkend bij de ABN-Amro, hebben we als team het project 'Skillbox' opgezet. In de grotere filialen wer er een lokaal ingericht, met 4 tot 8 werkplekken, die door de betreffende lokale IT support werd beheerd, zodat werkne[e[m[st]ers in de gelegenheid werden gesteld zichzelf materie eigen te maken.
Dat heeft tot gevolg gehad dat men veel minder tijd kwijt was en productiever was doordat alles binnen handbereik aanwezig was. E-learning, zoals we daar nu tegen aankijken is niet meer dan een verlengde daarvan in de huiskamer. Het zal ongetwijfeld niet voor alle soorten onderwijs gelden maar het is zeker niet slecht hier werkelijk eens werk van te maken.
RC PM
Jos
|
|
27
-
10
-
2007
|
00
:
32
uur
Voor de duidelijkheid. Ik ben zeker geen tegenstander van e-learning. Wel is het nuttig om de vaak overspannen verwachtingen effectief te managen en de nadruk te leggen op bruikbare content in plaats van allerlei, vaak nutteloze, features.
Uit veel onderzoek blijkt het gebruik van e-learning tegen te vallen. En de mogelijkheden van mensen om veel informatie via beeldschermen te verwerken zijn beperkt, omdat er doorgaans met het korte termijn geheugen wordt gewerkt.
Daar staat tegenover dat e-learning meer bruikbaar wordt als het met de gebruikers wordt ontwikkeld (user generated content) en de context van de toepassing wordt meegenomen.
Ik vind het artikel een goede aanzet om mensen nog eens rustig er op te wijzen, dat leren nog steeds gebeurd door mensen en dat je steeds op nieuw in iedere situatie moet kijken wat de beste manier van kennisoverdracht is.
Laatst nog een korte workshop bijgewoond van de alumni vereniging van Toegepast Onderwijskundigen ((Klik hier) over dit onderwerp. En de conclusie daar was ook, dat e-learning gewoon één van de vele leermiddelen is, die je als trainer/ontwikkelaar tot je beschikking hebt. En zoals met elk leermiddel, moet je gewoon goed nadenken over hoe je het wilt gebruiken en waarvoor.
Maar ja e-learning klinkt natuurlijk wel heel modern en vooruitstrevend. Alleen jammer dat het menselijk brein niet sneller verbindingen kan maken, dan het bouwstoffen kan rondpompen.