In mijn vorige column heb ik uitgelegd dat je je gedachten kunt leren managen en daarmee je persoonlijke succesfactor vergroot. Met name als het gaat om het oplossen van burn-out en de snelheid waarmee dit gebeurt. In deze tweede aflevering meer tips om een gezond, constructief denkpatroon te creëren en meester te worden over je gedachten.
Mensen hebben gemiddeld 6000 gedachten op een dag. Van 98 procent van deze gedachten ben je je vaak niet bewust. Deze gedachten herhaal je keer op keer, dag in dag uit. Gedachten zorgen voor filmpjes in je hoofd die steeds worden herhaald. Deze filmpjes bepalen hoe je je voelt. En daarmee ook hoe je functioneert.
Het denken van mensen met een burn-out of fobie is gemiddeld voor 80 procent negatief-kritisch. De overige 20 procent van hun denken bestaat uit nutteloos denken en doeldenken. Alleen doeldenken is positief.
Welk verhaal vertel jij jezelf?
Gedachten zijn feitelijk niet meer dan verhalen die jij jezelf vertelt. Gedachten zijn niet wie of wat je bent. Tenzij je in een gedachte gaat geloven, of er zelfs aan gehecht raakt. En dat is wat er in ieder geval gebeurt als je je niet van je gedachten bewust bent en deze steeds blijft herhalen.
Als jouw gedachten vooral positief zijn, vertel je jezelf keer op keer hetzelfde positieve verhaal, voel jij je goed en functioneer je optimaal. Als je gedachten vaak negatief zijn, merk je dat onmiddellijk omdat je negatieve emoties en of stress ervaart. Je haalt niet uit het leven wat er in zit.
Of jij je goed voelt, of juist niet, zegt dus iets over jouw gedachtenpatroon. En niets over de situatie waarin jij je bevindt. Het bepaalt wel hoe je op een bepaalde situatie reageert.
Omgaan met onprettige situaties
We komen allemaal wel eens in situaties die we als onprettig of belastend ervaren. Als je overwegend positief denkt en dus goed in je vel zit, zal je op een prettige manier assertief op een lastige situatie reageren. En in de meeste gevallen daarbij het resultaat boeken dat jij voor ogen hebt. Ben je iemand met overwegend negatieve gedachtenpatronen, dan zal je als slachtoffer reageren en niet bereiken wat je voor ogen hebt.
Nu is het niet mogelijk om je 24 uur per dag bewust te zijn van wat je denkt. Zolang je je prima voelt, is dat ook niet noodzakelijk. Maar zodra je merkt dat je niet lekker in je vel zit, stress ervaart, of het gevoel hebt dat je het niet meer aan kunt, is het zaak je gedachten eens bewust te observeren. Zonder er een oordeel over te hebben of ze te analyseren.
Je bent niet wat je denkt
Zodra je een oordeel vormt over je negatieve gedachten, of deze gedachten gaat analyseren, geef je energie aan de negatieve gedachten en krijg je er meer van. Je maakt ze legitiem en bevestigt ze. Je zegt als het ware dat jij de gedachte bent.
Door geen oordeel en geen analyse los te laten op jouw negatieve gedachten wil dat niet zeggen dat je jezelf niet serieus neemt of je emoties ontkent. Die zijn er, mogen er zijn. Ze komen en gaan. Je geeft ze alleen geen energie, zodat zij geen macht over je krijgen.
Vraag en antwoord
Je staat er wellicht nooit bij stil, maar de kwaliteit van je denken wordt voor een groot deel bepaald door de kwaliteit van de vragen die je jezelf stelt. De kwaliteit van de vraag bepaalt de kwaliteit van het antwoord. Zo zijn er nutteloze vragen, horrorvragen en doelvragen. Met de eerste twee schiet je weinig op, omdat ze zorgen voor negatieve gedachten.
Horrorvragen bijvoorbeeld hebben alles te maken met wat je niet wilt. ‘Wat als ik niet voldoende tijd heb om deze klus op tijd af te krijgen?’ ‘Wat als de zaak failliet gaat?’ Het stellen van horrorvragen leidt altijd tot negatieve gedachten.
Nutteloze vragen
Nutteloze vragen zijn vragen waarop je het antwoord toch nooit zeker weet. Zoals: ‘Is dat compliment wel gemeend?’ Of, ‘Wat zal die ander van mij vinden?’ Je kunt er uren over nadenken, maar uiteindelijk leidt het tot niets. Het is verspilling van tijd en energie en heeft een negatief uitgangspunt.
Waarom en waar-vragen vallen ook in de categorie nutteloze vragen. ‘Waarom ben ik zo?’ ‘Waar komt dat toch vandaan?’ Als je kind thuis komt uit school en zegt: ‘Ik moest een spreekbeurt houden en klapte helemaal dicht’. Zeg je dan als ouder: ‘Waarom klapte je dicht, waar komt dat vandaan, het moet een reden hebben, je weet toch dat die anderen je niets doen, zeg op?’ Toch is dat vaak de manier waarop mensen die overwegend negatief denken met zichzelf omgaan…
Denk in doelen
Doeldenken is dé manier om afscheid te nemen van negatieve denkpatronen. Doelvragen beginnen meestal met het woord ‘hoe’: ‘Hoe geweldig zal ik me voelen als ik gewoon ‘nee’ zeg als ik dat wil?’ ‘Hoe fantastisch zou ik me voelen als het me volgende week wel lukt?’ ‘Hoe zorg ik ervoor dat ik het hier wel fijn krijg?’
Zodra je je bewust wordt van negatieve gedachten, kun je dit stoppen door een doelvraag te stellen en na het antwoord weer één. Doelvragen mogen over alledaagse dingen gaan. Alles is beter dan blijven hangen in negatieve denkpatronen. Op deze manier buig je negatieve gedachten om naar positieve.
Blijf oefenen!
Natuurlijk vraagt doeldenken om oefening. Het is zoals autorijden. Dat leer je ook niet één les. Maar op een gegeven moment gaat het vanzelf en hoef je er niet meer bewust mee bezig te zijn. Het is een kwestie van blijven oefenen en niet opgeven. Positief denken wordt zo een nieuw gedachtenpatroon, waar je je op een gegeven moment vaak niet van bewust bent. Maar dat wel bepaalt dat je je goed voelt, meer energie krijgt en de dingen aantrekt die je nodig hebt om te verwezenlijken wat jij graag wilt.
Een manier waarop we ons denken negatief kleuren is het gebruik van statements. In mijn volgende column behandel ik de meest voorkomende statements waarmee we onszelf onderuit halen en hoe je deze aan kunt pakken.