In 1996 waren de werkzame senioren gemiddeld 35 uur per week kwijt aan hun baan. In 2010 daalde dat naar gemiddeld 32,5 uur. De gemiddelde leeftijd waarop werknemers met pensioen gaan is gestegen van 61 jaar in 2000 naar 62 jaar in 2007. De gemiddelde leeftijd van de werkzame beroepsbevolking nam tussen 1996 en 2010 toe van 37,4 naar 41 jaar. In 2009 was de gemiddelde leeftijd het hoogst in de sectoren landbouw, visserij en onderwijs.
Slechts 15% van de ouderen is korter dan vier jaar geleden in de huidige baan begonnen. Bij de totale werkzame beroepsbevolking is dat bij 38% het geval. De mobiliteit is het grootst in de zakelijke dienstverlening, vervoer en communicatie.