(ABM FN-Dow Jones) De Amerikaanse beurzen stevenen dinsdag af op een lager slot. Circa een half uur voor de slotzoemer koerste de toonaangevende S&P 500 index 0,4 procent lager op 2.442,87 punten, verloor de Dow Jones index 0,1 procent op 21.506,59 punten en gaf de Nasdaq 0,5 procent prijs op 6.206,79 punten.
Volgens marktanalist David Madden van CMC Markets stonden de Amerikaanse beurzen, net als veel Europese beurzen, onder druk vanwege de fors lagere olieprijzen. "De opspelende angst van lagere olieprijzen houdt beleggers in de greep", aldus Madden. "De inflatie valt nu al terug en als de olieprijzen onder druk blijven staan kan dat een probleem worden voor de economie."
Afgelopen week verlaagde de Federal Reserve haar ramingen voor de inflatie-ontwikkeling en werden de groeiverwachtingen juist opwaarts bijgesteld. "Als de daling van de olieprijzen aanhoudt, zouden de ramingen opnieuw moeten worden bijgesteld", aldus Madden.
Op maandag speelden uitspraken van New York Fed-voorzitter William Dudley de beurzen nog in de kaart. Volgens Dudley verkeert de Amerikaanse economie in goede staat en zei het Fed-lid weinig aandacht te besteden aan signalen van zorg vanuit de obligatiemarkt, waar de lagere yield wordt gezien als een signaal dat de economie mogelijk vertraagt of in een recessie terechtkomt.
Dudleys collega van de Federal Reserve van Chicago, Charles Evans, opperde maandag dat de kans bestaat dat de centrale bank de rente dit jaar niet verder zal verhogen.
Op macro-economisch vlak werd voorbeurs bekend dat het tekort op de lopende rekening in het eerste kwartaal minder hard is gestegen. Het tekort steeg van circa 114 miljard dollar in het vierde kwartaal naar 116,78 miljard dollar in het eerste kwartaal, terwijl werd gerekend op een tekort van 122,3 miljard dollar.
Op woensdag krijgen beleggers in de Verenigde Staten inzicht in de wekelijkse hypotheekaanvragen en staan de bestaande woningverkopen over mei geagendeerd.
De juli-future voor een vat ruwe olie sloot dinsdag op de New York Mercantile Exchange 0,97 dollar lager, of 2,2 procent, op 43,23 dollar. Beleggers blijven onverminderd sceptisch over de inspanningen van de OPEC om het wereldwijde overaanbod olie terug te dringen.
De euro/dollar noteerde op 1,1131. Bij aanvang van de handelsdag in Europa bewoog het muntpaar nog op 1,1150 en bij het sluiten van de Amerikaanse beurzen op maandag stond er een stand van 1,1149 op de borden.