(ABM FN-Dow Jones) De Amsterdamse beurzen zijn maandag met verlies gesloten, nadat de Amerikaanse president Donald Trump in het weekend de gemoederen beroerde met een inreisverbod, en de Italiaanse bank UniCredit meer kredietverliezen meldde.
De AEX index daalde 1,3 procent tot op 479,53 punten, terwijl de AMX een verlies van 1,0 procent liet optekenen en voor de AScX een min resteerde van 1,0 procent.
"Een aantal acties vanuit de Verenigde Staten beginnen de wereld te infecteren", zei vermogensbeheerder Ed Manie van Mijn-Effecten. "De reisbeperkingen waar Trump dit weekend mee kwam, worden niet goed opgeraapt door de markten. Je begint het idee te krijgen van willekeur: We roepen wat, we tekenen wat en we zien wel wat ervan komt."
Nadat de Amerikaanse president Donald Trump in het weekend verordonneerde dat reizigers uit zeven islamitische landen de toegang tot de Verenigde Staten is ontzegd, zakte de Dow Jones index bij de opening maandagmiddag door de grens van 20.000 punten die vorige week eindelijk was geslecht.
De presidentiële verordening leidde tot veel protesten, juridische claims en verwarring op luchthavens in en buiten het land. Trump verdedigde maandagmiddag op Twitter zijn felbebekritiseerde stap. Aandelen van luchtvaartbedrijven moesten het ontgelden, naar aanleiding van het Amerikaanse inreisverbod.
Ook andere uitlatingen van de president, zoals importheffingen voor producten uit Mexico, baren beleggers zorgen. "Een handelsoorlog, daar heeft werkelijk niemand baat bij", stelde Manie.
Ook negatief is volgens Manie het bericht uit Het Financieel Dagblad, dat Nederlandse banken alleen nog de vereiste kapitaalbuffers publiceren, en niet de "gewenste" hogere buffer die de ECB als richtsnoer aangeeft. "Dat is niet goed voor de transparantie", aldus de vermogensbeheerder.
Op macro-economisch vlak presenteerde De Nederlandsche Bank maandag betere vooruitzichten voor de Nederlandse economie, waar met name de arbeidsmarkt zich sterker dan verwacht ontwikkelt. De centrale bank voorziet inmiddels 2,3 procent groei in 2017, waarna de economie in 2018 voor het eerst in drie jaar weer onder 2 procent groei duikt. De inflatie blijft gematigd, met 1,3 procent in 2018. DNB-econoom Job Swank zei dat protectionistisch beleid in de Verenigde Staten zou kunnen leiden tot hogere prijzen en minder consumptie, maar hield daar in de ramingen nog geen rekening mee.
De afzetprijzen van de Nederlandse industrie stegen in december met 5,4 procent op jaarbasis, de sterkste stijging sinds januari 2012.
Verder meldde het CBS dat het producentenvertrouwen van 4,7 in december is gestegen naar 6,0 in januari. Ondernemers in de industrie zijn vooral positiever over hun orderportefeuille. Het producentenvertrouwen bereikte de hoogste stand vanaf maart 2008.
Volgens een voorlopige raming stegen de Duitse consumentenprijzen in januari met 1,9 procent, meldde statistiekbureau Destatis, na een inflatiecijfer van 1,7 procent in december. De stijging was vooral te danken aan de energieprijzen, die met 5,8 procent stegen, tegen 2,5 procent in december. Hoewel de Duitse inflatiecijfers er de laatste maanden in de buurt komen, is de inflatie in de eurozone nog ver verwijderd van de 2 procent die de Europese Centrale Bank nastreeft.
In de middag werd bekend dat de Amerikaanse inkomens in december 0,3 procent zijn gestegen, waar economen rekenden op 0,4 procent, na een stijging met 0,1 procent in november. De uitgaven van Amerikaanse huishoudens stegen zoals verwacht met 0,5 procent in december.
