De Dow Jones Industrial Average is woensdag gestegen naar een cruciaal niveau van 18.000 punten nadat de dollar verzwakte en de prijs van ruwe olie tot boven 51 dollar per vat steeg.
Analisten zien het niveau van 18.000 punten voor de Dow Jones-index als een significante technische indicator, nadat de index van grote namen uit het Amerikaanse bedrijfsleven dinsdag voor het eerst sinds april dit jaar kort boven die grens uitkwam.
De DJIA noteerde twintig minuten voor het sluiten van de beurs 0,3 procent hoger op 18,066 punten.
De S&P500-index bleef ferm boven de 2.100 punten, een belangrijk niveau, dat volgensd analisten kan bepalen of de index van grote bedrijven naar een record zal doorstijgen.
"De risicomarkten volgen het voorbeeld van grondstoffen en het sprongetje dat we hebben gezien in olie steunt de markt", zei chief investment officer Mark Heppenstall van Penn Mutual Asset Management. "Je kunt moeilijk zeggen dat de markt een geweldig momentum heeft maar het is nog steeds waarschijnlijk dat de index een alltime-high zal testen om te zien hoe de lucht daar boven is", zei hij.
De S&P 500 steeg 6 punten, of 0,3 procent, tot 2.119, dichtbij het hoogste niveau van 2.128,28 van de afgelopen twaalf maanden en ook niet ver van de absolute top van 2.130,82 punten die op 21 mei vorig jaar werd neergezet.
De winsten werden aangevoerd door grondstoffen en industriele fondsen.
De Nasdaq Composite Index steeg 12,5 punten of 0,25 procent.
De aandelenmarkt heeft zijn sterke correlatie met de bewegingen van de olieprijzen de afgelopen dagen hervat, zei analist J.J. Kinahan van TD Ameritrade.
De olieprijs sloot woensdag boven 51 dollar per vat, het hoogste niveau in bijna elf maanden, na officiële voorraadcijfers die wezen op een daling van de Amerikaanse olievoorraden met ruim 3 miljoen vaten, wat conform verwachtingen was.
