De Amerikaanse beurzen gaan vrijdag een gemengd slot tegemoet ondanks een meevallend cijfer over de ontwikkeling van de consumentenprijzen.
De S&P 500 index noteerde fractioneel lager op 1.916,99 punten. De Dow Jones index daalde 0,2 procent naar 16.376,17 punten, terwijl de Nasdaq juist 0,4 procent steeg op 4.506,10 punten.
Het consumentenprijspeil bleek stabiel in januari, terwijl er in december nog sprake was van een daling met 0,1 procent. Economen van Nomura spraken van een "iets hoger dan verwacht" cijfer gelet op de geraamde daling van 0,11 procent voor januari, waarbij met name de kerninflatie het met een groei van 0,15 naar 0,29 procent op maandbasis "sterker dan verwacht" deed. Nomura mikte aanvankelijk op een stijging van de kerninflatie met 0,17 procent in januari.
Beleggers moesten het verder stellen met een lege beursagenda. De euro/dollar noteerde vrijdagavond op 1,1130. Bij het sluiten van de Europese beurzen bewoog het muntpaar nog op 1,1126 en donderdag stond er een stand van 1,1098 op de borden bij het sluiten van de Amerikaanse beurzen.
Olie noteerde vrijdag na een volatiele week in het rood. Een maart-future op een vat West Texas Intermediate daalde 2,3 procent naar 32,17 dollar, terwijl een april-future Brent 2,8 procent verloor op 33,32 dollar. Volgens analisten van de Belgische bank KBC stonden de olieprijzen onder druk doordat er twijfel in de markt is geslopen of de olieproducerende landen daadwerkelijk tot een bevriezing van het productieniveau komen, zoals eerder deze week leek te gebeuren.
Komende week krijgen Amerikaanse beleggers onder meer de voorlopige inkoopmanagersindexen voor de industrie en dienstensector te verwerken, samen met cijfers over het consumentenvertrouwen, de S&P Case Shiller huizenprijzenindex en de nieuwste economische groeiramingen.
