27 november 2009 -
Door de crisis is duidelijk geworden dat er onvoldoende gebruik is gemaakt van flexibele arbeid. Ironisch genoeg zijn aanbieders van flexarbeid hier zelf juist een schoolvoorbeeld van. In het ABN AMRO sectorrapport ‘Human Capital in de 21e Eeuw’ wordt met behulp van vier scenario’s beschreven hoe de markt hier beter op kan inspelen.
Een van de scenario’s schetst een netwerkeconomie die, ondanks de vertraging van de crisis, voor Nederland in het vooruitzicht ligt. De keuzes van ‘Generation Y’ - de huidige twintigers - spelen hierbij een belangrijke rol. Han Mesters, Sector Banker bij ABN AMRO, combineert variabelen met demografische zekerheden en Nederlandse cultuurkenmerken zoals omschreven door organisatiepsycholoog Geert Hofstede. Mesters verwacht dat Nederland vergeleken met de rest van Europa de meeste potentie heeft te kunnen transformeren naar een netwerkeconomie. In deze economie wordt gewerkt met een uitgebreide flexibele schil van individuen die ervaring opdoen door regelmatig van opdrachtgever te wisselen.
Flexibel van cultuur
Nederland is internationaal gezien een land waar flexibiliteit van arbeid ver gevorderd is. Hofstede beschrijft de cultuur van Nederland als ‘feminien’ en met een ‘lage machtsafstand’. Deze waarden passen goed bij de trend van kleinere, slagvaardige bedrijven die alleen hun kerncompetenties door mensen in vaste dienst laten uitvoeren. In het rapport wordt de verwachting uitgesproken dat – hoe de crisis ook zal verlopen – projectmatig werken en de vraag naar flexibele vormen van arbeid zal toenemen. Zo is het opmerkelijk dat de versoepeling van het ontslagrecht geen invloed heeft gehad op de groei van flexibele arbeid.
ZZP-dilemma
ZZP’ers (Zelfstandigen Zonder Personeel) zijn goede kandidaten om een steeds belangrijker onderdeel te worden van de flexibele schil. In het sectorrapport worden ZZP’ers met hun goede opleiding en specialistische kennis de 21e eeuwse variant van de middeleeuwse meesters genoemd. Een industrie waar dit al goed zichtbaar is, is de filmindustrie. Deze vorm van arbeid sluit goed aan bij de wensen van de zogenaamde ‘Generatie Y’, de huidige twintiger, die op zoek is naar een andere manier van het organiseren van werk. Het ‘Nieuwe Werken’ is vervlochten met meer onafhankelijkheid en meer balans tussen werk en privé. De demografie – die door de crisis niet uit het oog verloren moet worden – werkt mee in de keuze voor het ZZP-schap: menselijk kapitaal gaat hoe dan ook schaars worden. De vraag is wel in hoeverre de recessie de mentaliteitsverandering van deze Generatie Y heeft beïnvloed. Het kan zijn dat deze ‘verwende’ generatie honkvaster en meer onzekerheidvermijdend wordt en daarmee gevoeliger voor een aanlokkelijk aanbod van een vast dienstverband.
Online strategie
Flexaanbieders (uitzenders, payrollers, detacheerders en partijen in werving en selectie) moeten ook meer aandacht besteden aan een eigen flexibele schil. De crisis heeft hen geleerd dat ze zelf veel baat kunnen hebben bij de inzet van ZZP’ers. De groep flexaanbieders die tijdens de crisis een goede performance heeft geleverd bestaat dan ook voornamelijk uit bemiddelaars van ZZP’ers.
In het sectorrapport wordt verder benadrukt dat een helder verdienmodel en een zuivere propositie voor flexaanbieders steeds belangrijker worden. Hiermee krijgen de middelgrote, generieke spelers het vooral zwaar. Bovenal is het hebben van een online strategie onontbeerlijk. Een ‘marktplaatsachtige’ nieuwkomer kan net zo’n geduchte concurrent worden als Ryanair in de luchtvaartindustrie is geworden.
Daarnaast ligt er volgens ABN AMRO een belangrijke taak op het gebied van opleiden en gecombineerde leer- en werkervaringen, zodat ook flexaanbieders hun rol kunnen spelen in het creëren van de nieuwe meesters en metgezellen.
Download
Het ABN AMRO sectorrapport ‘Update Human Capital in de 21ste eeuw' is vanaf deze site te downloaden (even zoeken/scrollen).