5 oktober 2009 -
Het percentage spam in e-mail in Nederland is in september 2009 uitgekomen op een recordpercentage van 96,4 procent. Hiermee is het record van maart 2009 met 96,2 procent verbroken. Het percentage virussen in e-mail bleef met 0,1 procent in september onverminderd laag.
Sinds 1 oktober is het verboden voor Nederlandse bedrijven om een e-mail met commerciële, ideële- of charitatieve inhoud te versturen naar Nederlandse bedrijven tenzij hier uitdrukkelijk toestemming is gegeven door de ontvanger van de e-mail. Omdat commerciële e-mails van Nederlandse bedrijven naar andere Nederlandse bedrijven niet als spam worden aangemerkt, zal de aanscherping van de Telecommunicatiewet geen invloed hebben op het spam percentage in Nederland. Dit komt omdat de zogenaamde 'e-mail reputatie' van deze bedrijven goed is, en het voor spambestrijders onmogelijk is om te zien welke ontvanger van een nieuwsbrief hiervoor expliciet toestemming heeft gegeven.
September opt-in maand
In september hebben veel bedrijven ongewenste e-mail van Nederlandse bedrijven ontvangen op hun zakelijke e-mail adres die gericht was op het verkrijgen van een opt-in. CleanPort heeft een heel scala aan manieren om deze opt-in te verkrijgen geregistreerd. Zo waren er pogingen om de opt-in te verkrijgen door bij inschrijving geld over te maken naar goede doelen, maar waren er ook veel misleidende e-mails waarbij werd gesuggereerd dat de ontvanger reeds was ingeschreven en zich diende uit te schrijven. Ook werden uitschrijfformulieren gebruikt die dusdanig gecompliceerd waren opgezet dat men zich bij het uitschrijven juist inschreef.
Onduidelijkheid
Volgens de wijziging in de Telecommunicatiewet moet een bedrijf een expliciete opt-in kunnen overleggen voor iedere ontvanger waar commerciële, ideële- of charitatieve e-mail worden gestuurd. Veel bedrijven beschikken nog steeds over mailinglijsten waarvoor deze opt-in niet is gevraagd. Zij gaan er van uit dat als iemand al enkele keren de nieuwsbrief heeft ontvangen en zich niet heeft uitgeschreven dit voldoende is. Jurisprudentie zal hier uitkomst moeten bieden.