Ambtenaar ziet volop verbeterpunten in samenwerking met bestuurder
4 september 2009 -
‘Een broos evenwicht’, noemde minister Ter Horst de relatie tussen ambtenaren en politici op de werkconferentie van het Programma Vernieuwing Rijksdienst. Voor InOverheid.nl was dit reden om te onderzoeken wat ambtenaren vinden van de relatie met hun bestuurders. De ambtenaren geven hen een 6,5.
Een grote meerderheid (84 procent) vindt dat de samenwerking beter kan. Het merendeel van de ondervraagden (58 procent) vindt dat bestuurders (te) weinig inhoudelijke kennis hebben, (te) weinig inhoudelijke argumenten aandragen (53 procent) en (te) weinig aandacht hebben voor de uitvoerbaarheid van plannen (69 procent). Bestuurders redeneren (te) veel vanuit het belang van hun politieke partij, vindt 65 procent van de ondervraagden. Volgens 71 procent denken bestuurders (te) veel op korte termijn.
Ivoren toren
Ondanks de middelmatige waardering voor de kwaliteiten van bestuurders, vindt ruim de helft van de ondervraagden (51 procent) de werkrelatie met bestuurders (zeer) goed. 40 procent is neutraal en omschrijft de relatie als ‘niet slecht, niet goed.’ Negen procent noemt de verhouding tussen ambtenaren en bestuurders (zeer) slecht. Ondervraagden die positief zijn over de relatie met bestuurders zijn vaak van oordeel dat bestuurders benaderbaar zijn en open staan voor input van ambtenaren. Ondervraagden die minder positief zijn, vinden dat er te veel afstand is tussen beide partijen. De communicatie tussen leiding en ‘werkvloer’ verloopt stroef en bestuurders zouden in een ivoren toren zitten.
Gemeenteambtenaar positiever Gemeenteambtenaren zijn positiever over hun relatie met bestuurders dan rijksambtenaren. Zo noemt bijvoorbeeld tien procent van de gemeenteambtenaren de verhouding ‘zeer goed’, tegenover nul procent van de rijksambtenaren. Tien procent van de rijksambtenaren noemt de relatie (zeer) slecht, tegenover zes procent van de gemeenteambtenaren.
Politiek spel
Ook al botert het niet altijd tussen ambtenaren en bestuurders, toch zijn de meeste ambtenaren geboeid door het politieke spel. 80 procent van de ambtenaren vindt de politieke dimensie een interessant onderdeel van het werk. Bijna de helft (45 procent) geeft aan dat hij of zij in zijn werk invloed kan uitoefenen op de politieke besluitvorming.