11 juni 2009 -
Het aantal werkgevers dat van plan is om in juli, augustus en september nieuwe medewerkers aan te trekken is bijna even hoog als aantal werkgevers dat er van uit gaat dat het personeelbestand zal reduceren. Het personeelsbestand in Nederlandse bedrijven vertoont daarmee komend kwartaal weinig beweging.
Dit blijkt uit de Manpower Arbeidsmarktbarometer. Het netto werkgelegenheidscijfer voor het derde kwartaal van 2009 komt uit op nul procent, het meest negatieve cijfer sinds de start van het onderzoek in 2003. Het cijfer is vier procentpunten gedaald ten opzichte van het vorige kwartaal, toen het cijfer nog op +vier procent stond. Het netto werkgelegenheidscijfer is het voorspellende cijfer dat de uitkomst is van het percentage werkgevers dat een inkrimping voorziet, af te trekken van het percentage werkgevers dat aangeeft meer personeel te zullen aannemen. Een positief netto werkgelegenheidscijfer geeft aan dat het aandeel werkgevers met een positieve kijk op de toekomstige ontwikkelingen op de arbeidsmarkt, groter is dan het aandeel werkgevers met een negatieve kijk op de arbeidsmarkt.
Voorzichtigheid troef
Haiko van der Pol, woordvoerder Manpower, licht het cijfer voor kwartaal drie van 2009 toe: "Het cijfer laat zien dat de werkgevers in Nederland niet optimistisch zijn. Tegelijkertijd zijn ze zeker niet uitgesproken negatief over de ontwikkelingen in hun personeelsbestand. Werkgevers zijn voorzichtig met het afscheid nemen van hun medewerkers. Het aantrekken van nieuwe medewerkers heeft werkgevers moeite gekost. Als de markt aantrekt doet de werkgever er goed aan hierop te anticiperen en het personeelsbestand op deze mogelijke ontwikkeling af te stemmen."
Regionale vergelijking
In alle vier de regio's in Nederland vertoont het netto werkgelegenheidscijfer voor het komende kwartaal een voorzichtig beeld. In de zuidelijke regio zijn werkgevers nog het meest positief gestemd over de werkgelegenheid. Daar staat het cijfer op + drie procent. In het Oosten komt het cijfer uit op + twee procent, in het Noorden op + één procent en in het Westen op + één procent.
Verschillen per branche
Vergeleken met de cijfers van het derde kwartaal in 2008 laten de netto werkgelegenheidscijfers van het komende kwartaal een daling zien in alle sectoren. Het zijn vooral de werkgevers in de productie sector die met een daling van elf procentpunten ten opzichte van het vorige kwartaal geen aanleiding zien tot het aannemen van personeel. Dit negatieve sentiment geldt ook voor de landbouw sector, het netto werkgelegenheidscijfer is hier gedaald tot - acht procent. In totaal zijn in zeven van de negen onderzochte sectoren de werkgevers nog gematigd positief met cijfers die variëren van - zeven procent tot + acht procent.
Internationaal
Werkgevers in Noorwegen (+ tien procent) en Polen (+ negen procent) voorspellen de meest positieve werkgelegenheidscijfers in Europa, terwijl werkgevers in Ierland (- elf procent) en Spanje (- acht procent) het minst optimistisch zijn over het komende kwartaal. Bovendien rapporteren werkgevers in onder andere Frankrijk (- vier procent) , Oostenrijk (- twee procent), Zwitserland (+ twee procent), Griekenland (-zeven procent) en ook Nederland (- één procent) het minst positieve werkgelegenheidscijfer sinds de start van het MEOS onderzoek in deze landen. In Nederland startte Manpower dit voorspellende onderzoek in 2003.
Wereldwijde cijfers laten een gevarieerd beeld zien. Wanneer je de cijfers op jaarbasis vergelijkt is de algemene dalende trend nog steeds zichtbaar met dalende cijfers in alle landen en regio's. Toch zijn er aanwijzingen dat de arbeidsmarkt stabiliseert. Op kwartaalbasis is het netto werkgelegenheidscijfer verbeterd in twaalf landen en regio's en is stabiel in vijf andere landen.