13 februari 2009 -
Driekwart van de ambtenaren is blij met een baan bij de overheid tijdens deze economische recessie. Ruim tweederde (69 procent) van de overheidsfunctionarissen denkt dit jaar zijn baan niet te kunnen verliezen, tegenover de helft (47 procent) van de werknemers uit het bedrijfsleven.
Dat blijkt uit het InOverheid.nl 'Banenonderzoek 2009' onder 593 ambtenaren en 687 werknemers uit het bedrijfsleven.
Baanzekerheid
Terwijl een deel van de werkenden zich bij dreigende ontslagen gedeisd houdt en afwacht, gaat een ander deel juist actief op zoek naar een andere baan. Bijna driekwart (72 procent) van de werknemers uit het bedrijfsleven verklaart ‘door de financiële crisis niet minder geneigd te zijn om van baan te veranderen’. Deze werknemers azen dus op een nieuwe werkplek. Hierbij vestigen ze hun hoop op de overheid. De helft van de respondenten uit het bedrijfsleven stelt namelijk in deze financieel onzekere tijden graag bij de overheid te willen werken. Eén op de vijf geeft zelfs aan dat (baan)zekerheid de belangrijkste drijfveer is om ambtenaar te worden.
Groen gras
Respondenten die willen overstappen denken dat het gras bij de overheid groener is. ‘De overheid biedt meer kansen dan het bedrijfsleven’. Met deze stelling was 38 procent van de werknemers uit het bedrijfsleven het (helemaal) eens, tegenover één op de vijf ambtenaren. Ook denkt 44 procent van de werknemers uit het bedrijfsleven dat de doorgroeimogelijkheden binnen de overheid beter zijn dan in het bedrijfsleven.
Loyaliteit Twee op de vijf ambtenaren ambieert een levenslange carrière binnen de overheid. Ambtenaren van 45 jaar of ouder willen dit vaker (45 procent) dan ambtenaren tussen de 18 en 34 jaar (30 procent). Toch blijft op kortere termijn ook de jonge generatie ambtenaren de overheid trouw: ruim de helft van de jonge ambtenaren ziet zichzelf niet binnen vijf jaar in het bedrijfsleven werken.