5 februari 2009 -
Sportende werknemers zijn fitter en minder vaak ziek dan luie werknemers. Managers erkennen dat maar zijn niet bepaald blij met mensen die thuis komen te zitten met een sportblessure. Vooral jonge managers (tot 40 jaar) zien ziekte door sport als ongeoorloofd verzuim.
‘Desnoods werkt de geblesseerde werknemer maar thuis', eisen deze managers. Dat schrijft Management Team na eigen onderzoek. Die instelling verklaart ook waarom ruim een kwart van de managers liever een onsportieve dan een geblesseerde werknemer in zijn team heeft. 40 procent denkt daar juist heel anders over en hebben niets tegen de sportieve bezigheden van hun mensen.
Vergoeding
Even verdeeld zijn de managers over wie voor de gevolgen van een sportblessure moet opdraaien. Een kwart vindt dat de werknemer hier zelf voor moet opdraaien, 44 procent niet. Ruim de helft is het oneens met de stelling dat er, ter voorkoming van blessures, regelgeving moet komen omtrent sporten buiten werktijd. Managers mogen dan wel klagen over sportblessures van hun werknemers, zelf maken ze er af en toe óók een potje van. 72 Procent sport minimaal eens per week en kan dus net zo goed met een sportblessure te maken krijgen. Bijna een kwart van de managers heeft een of meerdere keren thuisgezeten vanwege een sportblessure.
Wintersport
En dan de wintersport. De gipsvluchten zijn weer in aantocht en de kans bestaat dat een of meer van uw werknemers er gebruik van moet maken. Toch is 86 procent van het MT-panel van mening dat wintersport niet door de werkgever mag worden verboden. Logisch, aangezien bijna een derde van de managers zelf ook jaarlijks een ski- dan wel snowboarduitje plant.
Bron:Management Team