21 april 2008 -
Werkgevers doen er verstandig aan om hun vacatureteksten zoveel mogelijk in het Nederlands te schrijven. Het arbeidspotentieel heeft weinig begrip voor het schrijven van Engelse teksten als dat niet nodig is voor de functie.
Dat blijkt uit het Arbeidsmarkt GedragsOnderzoek (AGO) van Intelligence Group. Afgaande op de cijfers lijkt het erop dat Engelstalige vacatures een behoorlijke drempel opwerpen. Van de 1.364 ondervraagden geeft 45 procent aan minder snel geneigd te zijn om vacatures te lezen als die in het Engels zijn, 44 procent is minder snel geneigd te solliciteren. Verder zegt 29 procent dat Engelstalige vacatures hen afschrikken. Hoogopgeleiden hebben minder moeite met de Engelse taal. Desondanks haakt nog altijd 29 procent van hen af bij het zien van Engelstalige vacatures. Op 22 procent van de hoogopgeleiden hebben Engelstalige vacatures een afschrikkende werking.
Verschil HBO-WO Interessant is het verschil tussen HBO-ers en WO-ers. Laatstgenoemde groep is veel minder negatief. Slechts negentien procent van hen geeft aan minder snel geneigd te zijn een vacature te lezen als die in het Engels geschreven, tegen 31 procent van de HBO-ers. Daarnaast zegt 27 procent van de HBO-geschoolden dat Engelstalige vacatures hen afschrikken. Bij universitair geschoolden is dat slechts tien procent.
Werkgevers laten arbeidspotentieel links liggen
Deze percentages lijken niet schokkend, maar de feitelijke conclusie is: werkgevers laten ongeveer een kwart van het hoogopgeleide arbeidspotentieel links liggen door (onnodig) Engels taalgebruik. De vraag die daarbij omhoog komt is: waarom doen werkgevers dit? Wellicht trachten zij high potentials meer aan te spreken. In de ogen van de ondervraagden is dit echter niet zo. Slechts elf procent van de hoogopgeleiden vindt dat Engelstalige vacatures alleen bedoeld zijn voor de allerbeste kandidaten.
Bron:Intelligence Group