21 maart 2008 -
Hoewel Europese bedrijven optimistisch zijn over hun kansen in China, wordt de bedrijfsvoering sterk belemmerd door vage regelgeving, gebrekkige bescherming van intellectueel eigendom en een tekort aan geschoold personeel.
Dit blijkt uit onderzoek van Roland Berger Strategy Consultants in samenwerking met de Europese Kamer van Koophandel onder ruim 200 Europese bedrijven in China. Ondanks de barrières, geeft ruim tweederde van de bedrijven aan de investeringen op korte termijn te willen verhogen.
Groter belang Hoewel de winstgevendheid van de Europese bedrijven in China tegenvalt en een groeiend deel van hen in het rood opereert, is het merendeel van de managers optimistisch en zelfs van plan het belang in China in de komende twee jaar te vergroten. Als belangrijkste drijfveer gelden niet de lage loonkosten, maar vooral de toegang tot de Chinese markt, zo blijkt uit het onderzoek. "Meer dan tachtig procent van de onderzochte bedrijven is primair actief in China om de lokale markt te kunnen bedienen," zegt Benno van Dongen, lid van het management team van Roland Berger. "Hoewel managers erkennen dat de concurrentie toeneemt en de markt niet gemakkelijk is, zien ze voldoende groeimogelijkheden, vooral door China’s economische ontwikkeling en de toename van consumentenbestedingen."
Lagere kosten Naast markttoegang blijkt uit het onderzoek dat het terugbrengen van de productontwikkelingskosten en het aanpassen van producten aan de voorkeuren van Chinezen, de belangrijkste drijfveren zijn om in lokale R&D-activiteiten te investeren. Als grootste drempels worden een gebrek aan transparantie en inconsistentie in wet- en regelgeving ervaren.
Dure euro
De bedrijven erkennen ook een aantal andere uitdagingen en barrières, die hen vooralsnog afremmen om de investeringen in China te verhogen. "De dure euro legt op dit moment een last op de operationele kosten van Europese bedrijven in het buitenland, en de loonkosten in China zullen naar verwachting jaarlijks met meer dan tien procent stijgen. Bovendien is het lastig om in China aan gekwalificeerd personeel, laat staan aan topmanagers te komen," vervolgt Van Dongen.
Ondoorzichtig beleid
Het ondoorzichtige Chinese overheidsbeleid en de gebrekkige bescherming van patenten en intellectueel eigendom vormen een nog groter obstakel, legt Van Dongen uit: "Meer dan de helft van de bedrijven is sceptisch over de implementatie van regelgeving van de Wereldhandelsorganisatie en ook overheidsregels met betrekking tot milieu- en financieel beleid blijken van dag tot dag te kunnen veranderen."
Uitdagingen van innovatie
Bij de uitbreiding van activiteiten in China wordt door Europese ondernemingen in toenemende mate gekeken naar steden buiten de traditionele hot spots als Sjanghai en Peking. De focus ligt hierbij op de bouw van onderzoekscentra. "Door lokaal te investeren in R&D, kunnen ontwikkelingskosten dalen en kunnen de prijzen van consumentenproducten worden verlaagd. Het biedt bovendien de onderzoeksafdelingen de kans om specifiek in te spelen op lokale behoeften en standaarden," aldus Van Dongen. "Juist hierbij is het echter cruciaal dat patenten en intellectueel eigendom goed zijn beschermd. Iets dat nu nog niet het geval is. Ook de eerdergenoemde personeelsschaarste zorgt voor terughoudendheid. Het wordt steeds moeilijker om goede ingenieurs, marketing-, sales- en financiële professionals te strikken."