Werkgevers weten zich geen raad met pensioencommunicatie
3 juli 2007 -
Ruim een derde (35 procent) van de werkgevers acht zichzelf niet goed in staat werknemers te informeren over pensioenzaken. Slechts een kwart (25 procent) van de werkgevers informeert het personeel actief over het pensioen. Dat blijkt uit onderzoek van Stichting Pensioenkijker.nl. De Pensioenwet stelt echter dat de werkgever en pensioenuitvoerder samen verantwoordelijk zijn voor de communicatie over het pensioen aan de werknemers.
Het grootste gedeelte van de werkgevers (66 procent) acht de pensioenuitvoerder het meest geschikt voor een werknemer om informatie in te winnen. Zo'n 42 procent van de werkgevers vindt zichzelf hiervoor geschikt, waarbij de HR-manager zekerder van zijn zaak is (47 procent) dan de directeur (30 procent). Dit blijkt uit onderzoeken in opdracht van Stichting Pensioenkijker.nl die zijn uitgevoerd door Newcom en CentERdata. Zowel werknemers als werkgevers (directeuren/eigenaren, HR-managers of verantwoordelijken voor het pensioen) zijn onderzocht. 2217 mensen hebben deelgenomen aan het onderzoek.
Weinig actie Maar liefst een kwart van de werkgevers informeert zijn werknemers nooit over pensioenzaken. En van de werknemers die stoppen met werken, ontvangt 26 procent in het geheel geen pensioeninformatie van de werkgever. Tegelijkertijd is het merendeel van de werknemers die wél informatie vanuit de werkgever krijgen tevreden over zowel de inhoud van de informatie als de hoeveelheid. Opvallend is dat van de mensen die aan hun eerste baan beginnen, het overgrote deel (90 procent) aangeeft bij aanvang wél over het pensioen te zijn geïnformeerd door de werkgever.
Verantwoordelijkheid Ruim een derde (38 procent) van de werkgevers vindt zichzelf niet verantwoordelijk voor de informatievoorziening over pensioenen. De helft (50 procent) benoemt de pensioenuitvoerder als verantwoordelijke. Maar liefst 40 procent van de werkgevers vindt de werknemer zelf verantwoordelijk voor deze informatie. De Pensioenwet schrijft een gezamenlijke verantwoordelijkheid van pensioenuitvoerder en werkgever voor, waarbij de uitvoerder de informatie behoort te verstrekken. Hoewel 63 procent van de werkgevers het pensioen belangrijk vinden, geeft een groot deel (40 procent) aan het geen boeiend onderwerp te vinden.
Pensioen is lange tijd het speeltje geweest van pensioendeskundigen. Veranderingstrajecten kosten veel tijd en vaak ook veel geld. Dat hield automatisch in dat werkgevers zich zo min mogelijk met deze materie wilden bemoeien. Dat is niet verstandig.
Pensioen is een belangrijke arbeidsvoorwaarde en moet daarom altijd vanuit HR&arbeidsvoorwaarden perspectief worden bezien. Pensioen moet aansluiten bij de intentie die met de inrichting en hoogte van arbeidsvoorwaarden moet worden gerealiseerd.
In alle gevallen gaat het erom openheid en duidelijkheid te verschaffen aan medewerkers.
Als het pensioen goed tot zeer goed is, communiceer dat dan ook. Laat zien waarom het zo goed is.
Is het pensioen minder, dan wordt het tijd om de verwachtingen te managen en medewerkers te wijzen op beperkingen (en waarom die er zijn. U, als werkgever, heeft toch immers redenen gehad om de pensioenregeling, die u nu heeft, toe te zeggen.)
Betracht dan die transparantie en help uw medewerkers zelf het door hen gewenste niveau van oudedagspensioen te definieren en/of te realiseren. Transparantie over het pensioen zal leiden tot een betere waardering van werkgeverschap.
Wilt u zelf niet voor de kwaliteit van uw regeling uitkomen, dan is het zaak om de regeling tegen het licht te houden, desgewenst aan te passen en vervolgens zelf de communicatie ter hand te nemen.
U moet de regie houden en de providers/uitvoerders moeten de juiste informatie aanleveren.
Paul Tigges, actuaris en pensioenadviseur/-communicator