16 mei 2006 -
Meer en meer ondernemingen verhuizen een deel van hun activiteiten naar India of China. 77 procent van de nieuwe R&D-afdelingen die de komende drie jaar opgericht worden zullen in een van die twee opkomende economische supermachten staan, terwijl hun aantal in Europa en Amerika gelijk blijft. Maar het overzeese talent wordt nog onvoldoende benut.
Dit blijkt uit onderzoek door Booz, Allen, Hamilton onder 186 toonaangevende internationals uit 19 landen.
Hoogopgeleid en toch goedkoop Research & Developmement wordt steeds vaker overgebracht naar Azië. De belangrijkste reden? De grote aantallen beschikbare hoogopgeleide, maar goedkope arbeidskrachten en de nabijheid van de productiefaciliteiten. Ondanks de explosieve stijging van het aantal offshore R&D faciliteiten, beschikt het merendeel van de bedrijven echter nog lang niet over de interne vaardigheden om deze locaties effectief en efficiënt te leiden en wordt het Aziatische talent zelden geïntegreerd in de wereldwijde productontwikkelstrategie.
Slechte intgratie
In de praktijk komt het zelden voor dat technici in het thuisland volledig samenwerken met hun collega's in ontwikkelcentra in China en/of India. Ook vindt slechts 38 procent van de productontwikkeling momenteel plaats op meer dan één locatie tegelijk en wordt er slechts bij een kleine minderheid van de projecten gerapporteerd aan managers op een andere locatie. Ondanks de goede bedoelingen opereren de ontwikkelteams veelal langs elkaar heen en komt het er in de praktijk vaak op neer dat producten die in China en India ontwikkeld worden eigenlijk alleen gericht zijn op de lokale behoefte. Dit geldt met name voor China, waar 47 procent van de ondernemingen niet alleen zit vanwege de goedkope arbeidskrachten maar vooral om zich via lokale R&D activiteiten toegang te verschaffen tot de lokale markt en consumenten. Niet minder dan 23 procent van de ondervraagden zegt dat hun lokale faciliteiten niets anders doen dan producten en diensten aanpassen aan de lokale markt. En dat terwijl een efficiënt georganiseerd innovatienetwerk niet alleen financieel voordeel biedt, maar de doorlooptijd tot 37 procent kan versnellen en de kosten met minstens 24 procent kan verlagen.
Onbekend maakt onbemind Hoe komt het dat bedrijven zo slecht gebruik maken van hun overzeese hersencapaciteit? Een van de obstakels is het feit dat veel ontwikkelaars op het hoofdkantoor de neiging hebben neer te kijken op elke suggestie uit het buitenland. Ook interne concurrentie tussen verschillende ontwikkelteams binnen een onderneming speelt een rol. Bovendien ontbreekt het veel ondernemingen aan geharmoniseerde werkprocessen en aan een staf met voldoende internationale ervaring.
Centraliseren en standaardiseren Om echt de vruchten plukken van de globalisatie zal het echter nodig zijn ook effectief en efficiënt van de offshore faciliteiten gebruik te maken en de samenwerking met het hoofdkantoor te optimaliseren. Dit kan bijvooorbeeld door het beslissingstraject omtrent projecten te centraliseren en systemen te standaardiseren, zodat er geen tijd verloren gaat aan het leren begrijpen van de werkwijze op andere locaties. De ondernemingen die hun R&D netwerk het best beheren zullen uiteindelijk een aanzienlijk concurrentievoordeel realiseren, aldus de onderzoekers.
