24 juli 2005 -
Na de opmars van Polen vinden steeds meer Roemenen tijdelijk werk in Nederland. In het eerste halfjaar is het aantal werkvergunningen aan Roemenen met de helft toegenomen. In de topvijf van vergunningen zijn de inwoners van het Oost-Europese land twee plaatsen gestegen naar nummer drie, achter de Polen en de Chinezen.
Dat blijkt uit cijfers die het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) vrijdag heeft gepubliceerd.
Polen In de eerste helft van dit jaar kregen 1130 Roemenen een werkvergunning. Van januari tot en met juni vorig jaar waren dat er 750. De Roemenen blijven daarmee ver achter bij de Polen, bij wie het aantal vergunning toenam van 7750 tot 11.400.
Chinezen Chinezen kregen in de afgelopen zes maanden ongeveer evenveel werkvergunningen, namelijk 1290. Onder Amerikanen nam het aantal vergunningen sterk af van 1150 in de eerste helft van vorig jaar naar 730 in de eerste zes maanden van dit jaar. Het aantal Amerikanen met een werkvergunning daalt al jaren. In 2000 waren dat er meer dan 3100 tegen net 2000 over heel 2004.
Levensstandaard "De Polen kennen inmiddels de weg naar de Nederlandse arbeidsmarkt. Roemenen zijn die nu ook aan het vinden. In Roemenië ligt de levensstandaard nog lager dan in Polen, bovendien is de werkloosheid daar hoger. Voor Roemenen is het economisch voordeel om hier te werken dus hoger", zegt H. Westerhof, bestuurder van vakbond FNV Bondgenoten.
Werkvergunning Mensen van buiten de Europese Unie (EU), IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland hebben een werkgunning nodig om in Nederland te kunnen werken. Sinds 1 mei vorig jaar is de EU uitgebreid met Midden- en Oost-Europese landen. Toch vallen werknemers uit deze landen in ieder geval tot mei volgend jaar nog onder de regeling, omdat het kabinet vreest dat zij de Nederlandse arbeidsmarkt zullen overspoelen.