Nederlandse werknemer is niet flexibel, maar vindt zichzelf wel productief
5 april 2005 -
Nederlandse werknemers hebben in vergelijking met hun Europese en Amerikaanse collega's relatief minder behoefte aan flexibele werktijden en werkweken. Ze vinden zichzelf wel productief, meer werknemers in andere landen.
Dat blijkt uit een wereldwijde enquête die softwarebedrijf Microsoft de afgelopen maanden heeft gehouden. De resultaten van het Nederlandse deelonderzoek werden dinsdag bekendgemaakt tijdens een presentatie op het kantoor van Microsoft in Schiphol-Rijk. De wereldwijde resultaten zijn al eerder bekendgemaakt.
Flexibel Eén op de tien werknemers in Nederland heeft behoefte aan een flexibele werkweek, tegen 18 procent van de Amerikaanse en 13 procent van de Europese werknemers. Een iets hoger percentage (12) van de Nederlandse arbeiders ziet flexibele werktijden wel zitten. Dat ligt aanzienlijk hoger in de andere EU-landen met 25 procent en in de Verenigde Staten met 21 procent.
Productief? In tegenstelling tot sommige werkgevers en politici vinden de Nederlandse deelnemers dat ze goed scoren als het gaat om productiviteit. Gemiddeld 72 procent van hun gewerkte uren zou productief zijn. Daarmee slaan Nederlandse werknemers zichzelf aanzienlijk hoger aan dan collega's in Europa, waar het gemiddelde op 63 procent ligt. Wereldwijd ligt het percentage op 63.
Tijdverspillers Nederlanders noemen het oplossen van crisissen de belangrijkste tijdverspiller op de werkvloer. Vier op de tien respondenten klagen over een gebrek aan communicatie op de werkvloer, ruim eenderde benoemt 'slechte planning' als probleem. Nederland wijkt wat dit betreft sterk af van het Europese gemiddelde. In onze buurlanden wordt vooral geklaagd over zaken als onduidelijke doelstellingen, onduidelijke of niet aangegeven prioriteiten en ineffectieve vergaderingen.
