13 januari 2021 -
De cao-lonen zijn in 2020 gestegen met 3,0 procent. De laatste keer dat de cao-lonen harder stegen was in 2008, toen de toename 3,3 procent bedroeg. Vanaf de eerste helft van 2017, toen de cao-loonstijging 1,3 procent was, is het percentage opgelopen tot 3,0 in het eerste en derde kwartaal van 2020. In het vierde kwartaal lag de cao-loonstijging iets lager, namelijk 2,9 procent.
Dit meldt het CBS op grond van voorlopige cijfers. Ondanks de coronacrisis is de cao-loonstijging in jaren niet zo hoog geweest als in 2020. Daarbij speelt vooral mee dat voor bijna drie kwart van de cao’s in maart van dit jaar (toen de eerste lockdown begon) al een akkoord was afgesloten over heel 2020.
Cao-lonen stijgen meer dan consumentenprijzen
Het jaarcijfer van de consumentenprijzen is nog niet bekend, maar in de eerste elf maanden van 2020 lagen deze gemiddeld 1,3 procent hoger dan in dezelfde periode een jaar eerder. De cao-lonen zijn volgens de voorlopige cijfers dus ongeveer 1,7 procentpunt meer gestegen dan de consumentenprijzen. Dat verschil is vergelijkbaar met dat van 2009 en aanzienlijk groter dan in de laatste drie jaar.
Cao-sector overheid meest gestegen
Van alle drie de cao-sectoren zijn in 2020 de cao-lonen bij de overheid het meest gestegen (3,2 procent). Bij de gesubsidieerde instellingen stegen de lonen met 2,7 procent in dezelfde periode het minst. Het was de enige sector waar de stijging minder was dan in 2019. Bij de particuliere bedrijven was het verschil met vorig jaar het grootst.
Industrie aan top
De werknemers in de bedrijfstak industrie hadden in 2020 de grootste cao-loonstijging (3,8 procent). Dit komt voornamelijk door de loonsverhogingen in de twee metaalcao’s. De loonstijging was het laagst in de bedrijfstak landbouw, bosbouw en visserij (1,8 procent). Deze uitkomst is gebaseerd op slechts 44 procent van de afgesloten cao’s. Voor de cao’s open teelten en glastuinbouw is voor 2020 nog geen definitief cao-akkoord bereikt. In 2019 namen de lonen het minst toe in de bedrijfstak informatie en communicatie (1,4 procent).
Contractuele loonkosten 3,1 procent gestegen
De contractuele loonkosten, de cao-lonen plus werkgeverspremies, stegen met 3,1 procent in 2020. Hiermee ligt de ontwikkeling van de contractuele loonkosten net iets boven die van de cao-lonen. In 2020 werd de WAO/WIA-(basis)-premie verhoogd, maar de bijdrage werkgeversheffing Zorgverzekeringswet (ZVW) daalde. De werkgeverspremie pensioen is per saldo licht gestegen.