Leren en ontwikkelen in coronatijd: minder budget, meer online
Verandering voor de organisatie kunt u uitstekend begeleiden met bijscholing en omscholing
16 november 2020 -
Een kwart van de HR-professionals geeft aan dat er door de coronacrisis minder budget beschikbaar is voor leren en ontwikkelen in hun bedrijf. Qua opleidingsvormen zet de tijdens de coronacrisis gemaakte ommezwaai van klassikaal naar online leren zich naar verwachting ook ná de crisis door.
Dat concludeert de Studytube Learning & Development Monitor 2021, een jaarlijks onderzoek van Motivaction/Sparkey in opdracht van Studytube.
De Studytube Learning & Development Monitor 2021 peilde bij ruim 1.000 professionals naar de manier waarop Nederlandse organisaties leren en ontwikkelen in volle coronacrisis. Volgens de bevraagde HR-professionals heeft het coronavirus de investering in de ontwikkeling van de medewerkers bij 25 procent van de bedrijven omlaag gebracht. De sectoren Zakelijke Dienstverlening en Bouw laten afwijkingen van het landelijk gemiddelde zien.
"Veel bedrijven zijn voorzichtig, in diverse sectoren is de toekomst onzeker," zegt Homam Karimi, CEO van Studytube. "Maar er zijn ook branches waarin juist méér wordt geïnvesteerd in Leren en Ontwikkelen. Daar begrijpt men dat u verandering voor de organisatie uitstekend kunt begeleiden met bijscholing en omscholing van personeel. Veel professionals hebben de afgelopen maanden een duwtje in de rug gekregen richting online leren en zo de onmiskenbare voordelen daarvan ontdekt. Daarom verbaast het mij niets dat digitale leervormen de overhand zullen houden, ook ná de crisis!"
Online leren blijft ook na corona meest populaire leervorm
Vóór de coronacrisis maakten HR-professionals het meest gebruik van klassikale lessen (34 procent) om werknemers op te leiden. Toen klaslokalen noodgedwongen moesten sluiten, slonk dat aandeel naar 17 procent. Online leren maakte dan weer de omgekeerde beweging, en steeg van zestien procent naar 28 procent. Daarmee is het de populairste leervorm van dit moment.
Opvallend is wel dat de respondenten verwachten dat deze verschuiving deels van blijvende aard is: hun prognose is dat werknemers over twee jaar ongeveer evenveel klassikaal offline (22 procent) als klassikaal online (24 procent) zullen leren. Deze trend zet zich vooral door bij de Overheid (van dertien procent klassikaal online leren vóór Corona naar 26 procent in 2022) en in de zakelijke dienstverlening (van negentien procent naar 31 procent).
Medewerkers staan ook niet te springen om opnieuw een klaslokaal te betreden. Eén op vijf werknemers (22 procent) wil vanwege de huidige coronasituatie geen klassikale trainingen meer volgen. Zij die dat wél overwegen vinden het belangrijk dat er respect is voor de afstandsregels (47 procent) en de algemene richtlijnen van het RIVM (42 procent).
Grote verschillen tussen branches
Uit de cijfers blijkt dat 94 procent van de ondervraagde organisaties een leerbudget beschikbaar heeft voor de ontwikkeling van hun medewerkers. De precieze impact van de coronacrisis op dat budget verschilt per branche. Zo zegt maar liefst 36 procent van de HR-professionals in de zakelijke dienstverlening dat ze nu (veel) minder opleidingsgeld kunnen besteden, terwijl de overheid die invloed van het virus minder voelt (21 procent).
In de sectoren Bouw, Industrie en Transport geeft achttien procent van de HR-professionals aan dat ze door de coronacrisis juist méér geld zullen uitgeven aan scholing.
De omschakeling van klassikaal naar online leren heeft vele voordelen. De student bespaart tijd en kan zijn eigen tijd tijd indelen. Nadeel si dst de docent het gedrag van de student niet kan beoordelen.
Wat is zijn sociale gedrag - volgen van de les-, maar hoe is het psychologisch niveau. Wat speelt er echt in de student. De lichaamstaal en het gedrag in de groep is niet meetbaar,
Je zou zeggen dat de bedragen van trainingen ook lager gaan worden. Op dit moment wordt er soms flink winst gemaakt door aanbieders van cursussen en trainingen. Zo doe ik nu een cursus waarbij normaal gesproken maximaal 30 deelnemers aanwezig zijn. Maar nu het online is, is er geen beperking in de groepsgrootte en zijn er bij dezelfde keuze maar liefst 85 deelnemers. Online is er namelijk geen beperking in groepsgrootte. Tijdelijk is dat natuurlijk fijn voor de aanbieders die eerst bang waren dat de corona maatregelen misschien wel het einde van hun bedrijf zou betekenen. Maar je zou zeggen dat meer ondernemers ook kansen zien en dat er daardoor meer aanbieders komen en mogelijk de kosten voor dergelijke trainingen ook dalen. Maar goed, misschien zou dit natuurlijke verloop dermate veel tijd kosten dat de maatregelen in tussentijd weer zijn opgeheven. De tijd zal het leren...