Vijf snelle tips voor het inrichten van een optimale thuiswerkomgeving
Zorg ook thuis voor een ergonomisch verantwoorde werkplek
29 april 2020 -
Thuiswerken staat de afgelopen weken volop in de schijnwerpers. Voor digitale nomaden en telewerkers is dit niets nieuws, maar voor de meeste mensen kan het een hele opgave lijken om buiten de geijkte kantooromgeving te werken. De uitdaging is om efficiënt en gemotiveerd te blijven.
En dan is er nog een praktisch vraagstuk: hoe zorgt u thuis voor dezelfde mate van ergonomie die op kantoor met professionele hulpmiddelen wordt verkregen?
De vraag is wat werkgevers kunnen doen om thuiswerkers van praktische ondersteuning te voorzien, zodat zij zo min mogelijk fysieke en mentale belasting ondervinden en hun productiviteit en welbevinden op peil blijven. Paul Zuidema, managing director bij Ergotron, reikt hiervoor de volgende vijf tips aan.
1. Stel uw beeldscherm af
Als u beeldschermwerk doet, zou de bovenste rand van uw beeldscherm idealiter op gelijke hoogte als uw ogen moeten staan, of iets daaronder. Uw ogen zouden ietsje naar beneden moeten zijn gericht en op het midden van het scherm moeten vallen. Daarnaast is het belangrijk om het beeldscherm op minimaal 51 cm afstand van uw ogen op te stellen. Als u met een groot beeldscherm werkt, moet u de kijkafstand iets vergroten. Dat helpt namelijk om vermoeidheid van de ogen tegen te gaan. Verder is het zaak om het beeldscherm 10 tot 20 graden naar achter te kantelen om voldoende afstand tussen uw ogen en het scherm te waarborgen. Dit alles kunt u doen met behulp van een standaard of schermarm. Als u gebruikmaakt van een laptopscherm kunt u gebruikmaken van een speciale laptopstandaard om het scherm op de juiste hoogte te krijgen. In dat geval kunt u het toetsenbord ook ietsje kantelen. Dit maakt het typen er een stuk comfortabeler op.
2. Zorg voor een comfortabele stoel
Een optimaal afgesteld beeldscherm zal weinig uitkomst bieden als u niet comfortabel zit. Gebruik een comfortabele stoel die u kunt afstellen om van houding te veranderen. Zorg ervoor dat uw voeten altijd plat op de vloer staan. De rugsteun van de stoel moet kantelbaar zijn en voldoende lendensteun moeten bieden. Daarmee voorkomt u belasting van de onderrug.
3. Zet uw toetsenbord op de juiste hoogte
Uw toetsenbord zou zich idealiter op dezelfde hoogte moeten bevinden als uw ellenbogen. Het zou 10 graden naar achter gekanteld moeten zijn, zodat uw polsen plat blijven. Dit verkleint de kans op overbelasting van de polsspieren. Als uw workstation te hoog is voor een juiste ergonomische afstelling van het bureau, kunt u een afstelbare toetsenbordlade aanschaffen. Deze kunt u onder het werkoppervlak uitschuiven, zodat u er het toetsenbord op kunt plaatsen.
4. Blijf bewegen
Het menselijk lichaam is niet ingericht op langdurig zitten. Zelfs als u over een ergonomisch verantwoorde werkplek beschikt, zou u elk halfuur moeten bewegen, al was het maar om de rug en armen te strekken. Het gebruik van een zit/sta-bureau is een goede manier om wat meer beweging naar uw werk te brengen. De meeste zit/sta-bureaus zijn in de hoogte verstelbaar, zodat u kunt wisselen tussen staan en zitten. Verder kunt u de nek ontzien door het scherm en werkmateriaal direct voor u te plaatsen, zodat u het hoofd niet al te veel hoeft te draaien.
5. Zorg voor voldoende verlichting
Last but not least is het zaak om rond de werkplek voor voldoende verlichting te zorgen. Daarmee voorkomt u onnodige belasting van uw ogen. Natuurlijk licht is het beste, maar met voldoende kunstmatig licht, aangevuld door een bureaulamp die u handmatig kunt in- en uitschakelen, kunt u de ogen eveneens ontzien. Voorkom schittering op het beeldscherm door de positie van uw scherm zo goed mogelijk af te stellen. Laat uw ogen af en toe tot rust komen door ze op een object op zes meter afstand te laten focussen.
Deze vijf tips maken het eenvoudiger voor werkgevers en werknemers om comfortabeler thuiswerkplekken in te richten die de gezondheid, het welbevinden en de productiviteit bevorderen.
Ik bedoel dit zeker niet vervelend, maar het valt me op dat u 'u' gebruikt als het 'uw' moet zijn.
Tip: als u eerst de zin checkt met 'mij' en 'mijn' (dat gaat altijd goed) dan weet u dat het 'u' moet zijn als u 'mij' invult, maar dat het 'uw' moet zijn als u 'mijn' zou invullen.