Ondanks daling energieverbruik 2018 zijn we er nog niet
2 mei 2019 -
Met het oog op verduurzaming van samenleving en economie werd in september 2013 het Energieakkoord voor duurzame groei gesloten. Om de doelen uit het Energieakkoord te bereiken, zijn tien pijlers opgesteld.
De twee belangrijkste zijn het vergroten van het aandeel hernieuwbare energie (veertien procent in 2020) en het verlagen van het totale energieverbruik (gemiddeld 1,5 procent per jaar). Vooral het doel omtrent hernieuwbare energie is veel in het nieuws. Maar ook het behalen van het energiebesparingsdoel, tevens de eerste pijler uit het Energieakkoord, is van groot belang. Want: hoe lager het totale energieverbruik in Nederland, hoe minder petajoule (PJ) die veertien procent duurzame energie in totaal bedraagt. Het verminderen van het totale energieverbruik, vergroot dus ook de kans het duurzaamheidsdoel te behalen.
Hoe staan de zaken ervoor omtrent het energieverbruik? Half april meldde het CBS een daling van het energieverbruik in 2018. Daarmee is er voor het eerst in vier jaar sprake van een daling in het totale energieverbruik. Ondanks deze daling lijkt het behalen van het energiebesparingsdoel nog steeds niet binnen bereik.
Doel voor eerst in vier jaar behaald
Volgens cijfers van het CBS verbruikten we vorig jaar in Nederland in totaal 52 PJ minder energie dan in 2017. Om een beeld te vormen van hoeveel dit is: met 1 PJ worden gemiddeld 15.000 huishoudens een jaar lang voorzien van gas- en stroom. De besparing komt na een drie jaar lange stijging in energieverbruik. De grootste stijging vond plaats in 2015 en nam in 2016 en 2017 geleidelijk af. Al was daarmee nog lang geen sprake van energiebesparing en het behalen van het bespaardoel. De energiebesparing van afgelopen jaar is dan ook goed nieuws, maar zorgt er alsnog nog niet voor dat Nederland op schema ligt om het doel van de belangrijke eerste pijler uit het Energieakkoord te behalen.
Energiebesparingsdoel Energieakkoord
In het Energieakkoord is het streven naar een jaarlijkse energiebesparing van gemiddeld 1,5 procent vastgelegd. Dit streven loopt tot en met 2019 en wordt opgevolgd door een besparing van 100 PJ per 2020. In het eerste jaar van het Energieakkoord werd direct een flinke besparing gerealiseerd. In 2014 werd ten opzichte van 2013 namelijk 144 PJ minder energie verbruikt. Bijna drie keer zoveel als het streven en een daling van 4,74 procent in verbruik. In 2015 werd deze voorsprong tenietgedaan. Het verbruik lag toen 2,19 procent hoger dan in 2014. Ook in de twee jaar die volgden was er geen sprake van een vermindering in het energieverbruik, enkel van een stijging: 1,16 procent in 2016 en 0,20 procent in 2017.
In 2018 was er in Nederland eindelijk sprake van energiebesparing. Een die iets hoger uitviel dan de jaarlijks beoogde besparing van 1,5 procent die in het Energieakkoord is vastgelegd. Er werd namelijk 52 PJ bespaard; 1,68 procent ten opzichte van 2017. Toch lopen we door de stijging in het verbruik van afgelopen jaren nog flink achter op het uiteindelijke besparingsdoel. Om eind 2019 op schema te liggen, zou er in totaal nog een besparing van 190,80 PJ gedaan moeten worden. Dat is het aantal PJ aan verbruik áls er elk jaar vanaf 2014 daadwerkelijk 1,5 procent was bespaard ten opzichte van het voorgaande jaar. Met het streven om vanaf 2020 ook nog eens 100 PJ te besparen, moet er in twee jaar tijd een besparing van 290,80 PJ worden gerealiseerd. Behoorlijk wat, gezien het energieverbruik tussen 2013 en 2018 in totaal met slechts 85,2 PJ is gedaald. Terwijl deze besparing momenteel, bij een jaarlijkse besparing van 1,5 procent, in totaal eigenlijk op 231,72 PJ zou moeten liggen.
Omgerekend nog jaarverbruik 4,4 miljoen huishoudens besparen
Met de jaarlijkse besparing van 1,5 procent zou er elk jaar gemiddeld bijna 47 PJ minder verbruikt moeten worden vanaf 2014 tot en met 2019. Dit doel is de afgelopen jaren, op uitzondering van 2014 en 2018, niet behaald. Om de besparing van bijna 291 PJ eind 2020 te kunnen behalen, zou er in twee jaar tijd een jaarverbruik aan gas- en stroom voor bijna 4,4 miljoen huishoudens minder verbruikt moet worden. Bij wijze van spreken, gezien het totale energieverbruik maar voor een klein deel (ongeveer twaalf procent) uit dat van huishoudens bestaat. Vooral bij bedrijven is qua energiebesparing winst te behalen.
Extra maatregelen
Eind 2018 moest de voortgang van het besparingsdoel uit het Energieakkoord op 65 procent liggen. Zo niet, dan zouden aanvullende maatregelen worden ingezet om het energiebesparingsdoel alsnog haalbaar te maken. In werkelijkheid lag de besparing rond die periode pas tegen de 31 procent. Tijd voor extra maatregelen. Zo is onder andere de informatieplicht bij de Wet milieubeheer ingevoerd. Daarmee zijn bedrijven en instellingen die meer dan 50.000 kWh stroom of 25.000 m3 gas per jaar verbruiken, verplicht te rapporteren welke energiebesparende maatregelingen zij nemen. Doen zij dit niet, dan kan een dwangsom volgen. Deze bijsturing moest de energiebesparing versnellen.
Kortetermijnraming 2019
Uit de KTR (Kortetermijnraming) van januari 2019 blijkt alsnog dat de besparing van 100 PJ in 2020 waarschijnlijk niet haalbaar is. Volgens prognose komt de besparing in dat jaar uit op slechts 81 PJ. Of we eind 2019 op een gemiddelde besparing van 1,5 procent per jaar zullen uitkomen, is nog afwachten. Dat we alle zeilen moeten bijzetten, is wel duidelijk.