14 december 2018 -
Beleggen is voor veel mensen geen sinecure. Beleggers worden heen en weer geslingerd tussen het vermijden van risico en het streven naar hoge rendementen.
Hans-Jörg Naumer, global head of capital markets & thematic research bij AllianzGI, noemt zeven eigenschappen die helpen bij succesvol beleggen.
1. Ken uzelf en daag uzelf uit
Een belegger lijdt dikwijls het meest onder het lijden dat hij vreest. Naumer komt nog regelmatig mensen tegen die net na de eeuwwisseling aandelen hebben gekocht voor 60 tot 80 euro per stuk en nog steeds aan het wachten zijn totdat deze weer evenveel waard zijn als destijds. Als ze die aandelen echter hadden verkocht en het geld hadden geïnvesteerd in een gespreid mandje Duitse of Europese aandelen, dan hadden ze hun verliezen ruimschoots goed gemaakt.
2. Neem besluiten op basis van koopkrachtbehoud in plaats van veiligheid
Veel beleggers denken dat vlakke prijzen synoniem staan voor veiligheid. Dat beleggers prijsfluctuaties willen vermijden is logisch, maar daarmee zien ze het risico over het hoofd dat ze aan koopkracht inboeten. Dat is extra vervelend omdat de rente op spaargeld momenteel rond het nulpunt ligt. Wie zijn vermogen wil beschermen, zou zich dan ook niet moeten focussen op de afwezigheid van prijsfluctuaties. Integendeel, de focus zou moeten liggen op het behoud van koopkracht. Stel u voor dat u 100 euro in een oude sok verstopt. Gaan we uit van een gemiddelde inflatie van twee procent, dan kun u over tien jaar alleen nog maar producten kopen met een totaalwaarde van 80 euro. Wie er zo tegenaan kijkt, ziet dat het vermijden van risico’s het grootste risico is.
3. Ga voor de premie op risico’s
Succesvolle beleggers weten dat ze geen risicopremies kunnen verdienen als ze geen risico nemen. Dat is de basis van beleggen. De logische verklaring hierachter: beleggen in risicovollere assets genereren hogere rendementen op de langere termijn dan beleggingen die geen enkel risico lopen.
4. Investeren in plaats van speculeren
Bij beleggen gaat het om investeren, niet om speculeren. Speculeren betekent in feite wedden op koersbewegingen die op korte termijn zullen plaatsvinden. Niemand weet echter wanneer en of die koersbewegingen precies plaatsvinden. Beleggen betekent dat u geld aan het werk zet om meer geld te genereren op de middellange of lange termijn. Wie de laatste 25 jaar heeft belegd in een mandje Europese aandelen, behaalde een gemiddeld rendement van 7,8 procent.
5. Wees verbonden
Wie belegt, doet er goed aan om een binding te hebben met wat hij of zij aan het doen is. De keuze van de juiste verdeling tussen aandelen en obligaties is daarbij van belang. Die verdeling dient goed bij de belegger te passen en er moet mee kunnen worden genavigeerd door een turbulente markt. Een vuistregel hierbij is: 100 – leeftijd. Een belegger die bijvoorbeeld 50 jaar oud is, kan het beste 50 procent aandelen nemen. Van daaruit kunnen dan verdere, individuele aanpassingen worden gedaan. Bij het kiezen van de juiste verdeling moet de volgende vraag worden beantwoord: wat wil ik op de lange(re) termijn bereiken met mijn vermogen?
Ander belangrijk element om een binding te hebben met beleggen, is door de risico’s te spreiden. Daarbij is het niet nodig om elke keer uw portfolio aan te passen – integendeel, dat kost vaak meer dan het oplevert. Beleg breed en combineer aandelen met obligaties en eventueel met andere segmenten. Multi-asset maakt dit mogelijk.
Tot slot is het belangrijk om regelmatig te investeren. Wie regelmatig belegt, kan makkelijker diversifiëren. Bovendien betaalt u op die manier een gemiddelde prijs: wie regelmatig belegt, koopt aandelen tegen verschillende prijzen. Deze zullen soms wat hoger liggen en soms wat lager, maar door regelmatig te investeren betaalt ue uiteindelijk een gemiddelde prijs.
6. Stel niets uit tot morgen wanneer u het vandaag kan doen
Op spaarrekeningen staan miljarden euro’s waarmee niks wordt gedaan, terwijl tijd een belangrijke succesfactor is bij beleggen. Neem een belegger die graag 100.000 euro tot zijn beschikking wil hebben wanneer hij met pensioen gaat. Wanneer hij 36 jaar de tijd heeft om dat doel te bereiken, hoeft hij maar 50 euro per maand opzij te zetten, uitgaande van een rendement van 7,5 procent. Heeft hij twaalf jaar voor zijn pensioen, dan gaat het om 400 euro per maand. (In deze berekening is een risicopremie opgenomen in het te behalen rendement van 7,5 procent.)
7. Let op actief beheer
Wie kiest voor actief beheer hoopt niet alleen dat de experts voor meer rendement zorgen, het gaat er tevens om dat minder risico wordt genomen in one-time darlings. Wat opvalt is dat, toen bepaalde sectoren helemaal je-van-het waren, hun aandeel in de relevante indices toenam omdat de marktkapitalisatie van de corresponderende aandelen toenam. Als deze trend zich voortzet, dan kunnen sommige sectoren uiteindelijk een groot deel van een passief beheerde portefeuille voor hun rekening nemen. Denk alleen maar terug aan het moment dat de tech-media-telecom bubble barstte en aan het effect dat de hypotheken in de VS hadden op financiële aandelen rond 2008. Het is dan ook belangrijk om actief te kunnen tegensturen.