3 augustus 2018 -
Het moment waarop iemand met pensioen gaat moet niet per definitie afhangen van het opleidingsniveau. De VCP pleit voor meer maatwerk omdat ieder geval op zichzelf staat en zware beroepen ook voorkomen onder mensen die hoger zijn opgeleid.
Dat zegt de Vakcentrale voor Professionals (VCP) naar aanleiding van een publicatie op economenwebsite Mejudice. Daarin pleiten onderzoekers van het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI) om de AOW-leeftijd te koppelen aan het opleidingsniveau.
Langer doorwerken niet sec afhankelijk van opleiding.
Volgens de VCP is een zwaar beroep niet per definitie te koppelen aan het opleidingsniveau. Daarmee is het ook moeilijk te komen tot gerichte maatregelen voor zeer specifieke groepen. Veel belangrijker is inzetten op duurzame inzetbaarheid en gerichte om- en bijscholing en zorgen dat alle werkenden de pensioengerechtigde leeftijd kunnen halen.
Minder snelle verhoging
De VCP ziet op korte termijn problemen ontstaan binnen de mogelijkheden van werknemers om langer door te werken en de snel oplopende AOW-leeftijd in de praktijk. Daardoor is er sprake van een disbalans tussen wat de arbeidsmarkt aankan en de feitelijke wettelijke AOW-leeftijd. Een aanpassing is dan ook nodig in de vorm van een minder snelle verhoging van de AOW-leeftijd en een andere systematiek. Dit betekent concreet dat de AOW in 2023 op 67 jaar komt en niet al in 2021 en dat een jaar langer leven acht maanden langer werken is en geen jaar, zoals nu het geval is. Hiervoor pleit de VCP in haar pensioenmaatwerkplan .
RVU-boete
De VCP vindt verder dat minister Koolmees (SZW) nu eindelijk stappen moet zetten om vervroegde uittreding van werknemers mogelijk te maken. De VCP doet namens haar aangesloten vakorganisaties een oproep om de boete bij vervroegde uittreding (RVU-boete) af te schaffen. Volgens de VCP zouden sectoren de mogelijkheid moeten krijgen om op maat afspraken te maken over vervroegde uittreding. "Dat komt uiteindelijk de duurzame inzetbaarheid van personeel ten goede. Arbeidsmarkt en pensioen moeten meer op elkaar worden afgestemd", zegt VCP-voorzitter Nic van Holstein. Hij benadrukt dat de VCP niet pleit voor een nieuwe generieke vroegpensioenregeling. Want dat kan de druk op werkgevers om te investeren in mensen om langer door te kunnen werken tegenwerken, terwijl investeren in werknemers in een snel veranderende arbeidsmarkt juist essentieel is.
Ik heb een goed voorstel. 45 jaar gewerkt, en je kan met pensioen. Begin je al met 16 jaar met werken, ben je met 61 klaar. Heb je lang doorgestudeerd en begin je pas met de 30 te werken, dan ook pas met de 75 stoppen.