Een derde hoogopgeleiden ziet robot baan overnemen
28 december 2017 -
29 procent van de Nederlandse hoogopgeleiden is bang dat de opkomst van AI er op termijn voor kan zorgen dat hun baan verdwijnt.
Dit blijkt uit recent onderzoek van executive Whyz onder 1.089 hoogopgeleiden uit verschillende branches. De vrees voor robots die hun baan overnemen is het hoogst onder financials, informatie- en communicatieprofessionals.
Onderwijs
In het onderwijs is deze bezorgdheid echter een stuk minder aan de orde. Slechts dertien procent van de onderwijsprofessionals is onder de indruk van de baanbedreigende risico’s door AI. Ook in de industrie maakt men zich met twintig procent weinig zorgen over de toekomst. "Het verleden heeft laten zien dat het succes van onderwijs voornamelijk bepaald wordt door de docent," aldus Carolijne Frank-Myjer, directeur van Whyz. "In de industrie is men al jarenlang aan moderniseren en werken met robots is hier aan de orde van de dag. Dat hoogopgeleiden in de industrie zich minder zorgen maken, kan een gevolg zijn van een jarenlange gewenning aan de gevolgen van robotisering. Over het algemeen staat het vast dat er functies worden overgenomen door AI. Maar dat betekent niet dat er banen zullen verdwijnen. Banen zullen hooguit anders ingericht worden."
Toekomst
Ondanks dat bijna een derde van de hoogopgeleiden zich zorgen maakt over de toekomst van zijn of haar baan, denkt 36 procent van hen dat samenwerken met robot op basis van kunstmatige intelligentie kwalitatief beter werk oplevert. Frank-Myjer: "De relevantie van mensenwerk wordt steeds belangrijker door toedoen van computers. AI geeft mensen de kans zich nog meer te richten op hun menselijke vaardigheden." Toch zegt 86 procent van de ondervraagden in de toekomst liever geen robot als baas te hebben. Grote tegenstanders zijn financials en het onderwijs (beide 91 procent). Opvallend is dat de bouw met 29 procent een grote voorstander is van robots als leidinggevenden.