26 september 2017 -
In de Miljoenennota die vorige week is gepresenteerd staat dat mobiliteit slimmer en groener moet worden, en een dienst wordt.
"Mensen willen zo efficiënt en comfortabel mogelijk van A naar B en daarbij soepel overstappen tussen verschillende vervoersmiddelen. Welk vervoersmiddel dat is, wordt steeds minder van belang." Dit sluit aan bij een nieuwe ontwikkeling die in opkomst is: het mobiliteitsbudget. Dit is een vast bedrag dat werkgevers ter beschikking stellen aan werknemers om flexibel te besteden aan woon-werkverkeer. Met zo’n mobiliteitsbudget kunnen werknemers bijvoorbeeld kiezen voor de fiets, het openbaar vervoer, de auto, of een combinatie hiervan. Het bedrag dat zij overhouden mogen ze vaak houden. Uit onderzoek van Europcar blijkt dat veel Nederlanders (56 procent) hier positief tegenover staan. Een even grote groep verwacht dat deze nieuwe arbeidsvoorwaarde in populariteit zal groeien.
Zakelijk autogebruik van de Nederlander
Vier op de vijf Nederlanders maakt voor het werk weleens gebruik van een auto, zowel voor woon-werkverkeer als voor zakelijk autogebruik tijdens werktijd. Bij zestien procent van de Nederlandse huishoudens staat een zakelijke leaseauto voor de deur, waarvan het grootste gedeelte een langlopend leasecontract betreft (meer dan 24 maanden). Leaseauto’s worden voor bijna een kwart van de tijd privé gebruikt (23 procent). Een op de drie mensen maakt op het werk weleens gebruik van een flexibele oplossing, zoals een huurauto (zeventien procent), poolauto (zeventien procent) en/of een deelauto (elf procent).
Thuiswerken niet toegenomen sinds aanpassing wet
Regelmatig thuiswerken zou voor iedereen de beste optie zijn. Goed voor het milieu, de verkeersdrukte en voor de portemonnee. In 2016 is de Wet Flexibel Werken in werking getreden, waarmee alle werknemers het recht hebben om thuis te werken. Uit het onderzoek van Europcar blijkt dat driekwart van de Nederlanders zegt niet méér te zijn gaan thuiswerken sinds de nieuwe wet. 64 procent verwacht ook in de toekomst niet méér vanuit huis te gaan werken. 68 procent van de Nederlanders verwacht nog net zo vaak, of zelfs vaker te moeten gaan reizen voor het werk.