8 februari 2017 -
De groei van flexibele banen en de daling van het aantal vaste banen verzwakt niet alleen de arbeidsmarktsituatie van mensen met een beperking, maar ook van lage opgeleiden en van mensen met minder ‘sociaal, cultureel of persoonskapitaal’.
Deze groepen komen minder toe aan bij- en omscholing, die juist op een flexibele arbeidsmarkt belangrijk is. Dat zei Kim Putters, directeur van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP), tijdens de lezing die jaarlijks wordt georganiseerd door Cedris. Volgens Putters is het een gezamenlijke opdracht de bestaande verschillen te overbruggen in kansen op betaald werk, een goede opleiding en het kunnen meedoen in onze samenleving.
Slechte arbeidsmarktpositie
Groepen met een slechte arbeidsmarktpositie ontvangen de minste scholing. Dat betreft laagopgeleiden, ouderen, mensen in een flexbaan en mensen met gezondheidsproblemen of een arbeidsbeperking. Laagopgeleiden vervullen meer dan twee keer zo vaak een flexbaan vergeleken met hoogopgeleiden. Het verschil in arbeidsdeelname tussen mensen met en zonder arbeidshandicap is de afgelopen jaren groter geworden. Arbeidsdeelname van mensen met gezondheidsbeperkingen daalde van 56 procent in 2008 naar 43 procent in 2015.
Nieuwe scheidslijnen
De kans dat mensen met een slechte arbeidsmarktpositie buiten de boot vallen is groot. Putters ziet nieuwe scheidslijnen ontstaan. "Eerder spraken we van have’s en have nots, tegenwoordig is er sprake van het onderscheid tussen can’s en cannots. Zonder de juiste hulpbronnen staan groepen mensen aan de kant, maar het gaat er ook om dat men met meer opleiding of ondersteuning echt geholpen is."
Ondersteunende structuren zijn nodig
Putters constateert dat ondersteunende structuren nodig zijn om de kloof tussen uitkering en baan, tussen vaste en flexbanen te dichten. Hij baseert zich hierbij op diverse SCP-publicaties waaronder 'Beperkt in Functie'. Als concrete invulling noemt hij een pakket aan instrumenten. Daarbij gaat het om professioneel advies aan werkgevers over aanpassing van werkprocessen, het bieden van goede matching en begeleiding alsook een detacheringsfaciliteit. Ook is het aanleren van werknemersvaardigheden belangrijk. Voor de mensen die niet bij reguliere werkgevers kunnen werken, of bijvoorbeeld terugvallen van werk bij een reguliere werkgever, zal beschut werk als vangnet beschikbaar moeten zijn. De Sociaal Economische Raad (SER) adviseerde eerder over een dergelijke set van instrumenten.
Tweedeling voorkomen
Zonder de noodzakelijke ondersteuningsstructuur voor de risicogroepen op de arbeidsmarkt ontstaat er volgens Putters een survival of the fittest, waarbij mensen met een zwakke gezondheid en arbeidsbeperkingen blijvend aan de kant kunnen komen te staan.
"Deze tweedeling willen we voorkomen en tegengaan. Gemeenten moeten daarom als uitvoerders van de Participatiewet ervoor zorgen dat in elke arbeidsmarktregio de ondersteunende structuren en de door de SER en SCP genoemde instrumenten beschikbaar zijn," aldus Job Cohen, voorzitter van Cedris.
Arbeidsmarktagenda
Aansluitend aan de lezing heeft Cedris een arbeidsmarktagenda gepresenteerd. Hierin staan concrete voorstellen die door een nieuw kabinet opgepakt kunnen worden. De zes aanwezige (kandidaat) Kamerleden kregen deze agenda overhandigd met het verzoek deze bij de formatiebesprekingen voor een nieuw kabinet in te brengen.