11 april 2016 -
De door werkgevers en werknemers in maart afgesloten cao’s kennen een loonafspraak van 1,47 procent. Dat is niet alleen vrijwel gelijk aan het gemiddelde van de voorafgaande maanden, maar ook van de afgelopen twee jaar. De loonafspraken zwermen al geruime tijd rond de 1,5 procent, met uitschieters naar boven van rond de 2,0 procent en naar beneden van rond de 1,0 procent.
Dat meldt werkgeversvereniging AWVN in haar maandelijkse bericht over het verloop van de cao-onderhandelingen.
AWVN noemt de cao-afspraken ‘opmerkelijk stabiel’. De werkgeversvereniging verklaart deze stabiliteit uit een ingetogen opstelling van de onderhandelaars. Aan de ene kant is er het besef dat de economische groei is aangetrokken, aan de andere kant ziet men de vele onzekerheden die boven de markt hangen. Als onzekerheden benoemt AWVN onder meer de ontwikkeling van de internationale economie en politiek, de geringe daling van de werkloosheid en twijfels rond de houdbaarheid van het pensioensysteem.
Nieuwe akkoorden
In totaal werden afgelopen maand veertien nieuwe akkoorden gesloten. De grootste nieuwe cao is die van de kinderopvang (78.000 werknemers, 1,6 procent loonstijging). Het cao-seizoen verloopt tot maart vloeiend. In 2016 lopen 411 cao’s af, voor 1,9 miljoen werknemers. Inmiddels hebben cao-partijen voor 86 van deze 411 cao’s (bijna 0,7 mln. werknemers) een nieuw akkoord bereikt. Tel daar de in 2016 afgesloten cao’s bij op met een ingangsdatum vóór 2016 (achterstallig onderhoud), en u komt in totaal uit op 125 2016-cao’s.
