Driekwart Nederlandse bedrijven verhoogt bonus CEO
17 december 2015 -
Waar vorig jaar de bonussen van CEO's in Nederland het minst stegen, ziet een jaar later driekwart van de CEO's van de Nederlandse beursgenoteerde bedrijven deze toenemen. Deze stijging staat los van de winstgevendheid van de onderneming.
Dit blijkt uit het jaarlijkse beloningsonderzoek van Vlerick Business School onder CEO’s van 669 beursgenoteerde ondernemingen in Nederland, België, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. Een opvallende bevinding, volgens onderzoeksleider professor dr. Xavier Baeten.
Nederland verhoogt beloningen CEO het meest
74 procent van de Nederlandse bedrijven verhoogde de beloning van de CEO's. Dit staat in schril contrast met het aantal beursgenoteerde bedrijven in de andere landen dat een stijging aan de topbeloningen toekent: 64 procent in het Verenigd Koninkrijk, 57 procent in Frankrijk, 56 procent in België en 46 procent in Duitsland. Vorig jaar stegen de beloningen van CEO's in Nederland juist het minst vergeleken met die in de andere landen. Nederland springt er dit keer sterk uit, aldus professor dr. Xavier Baeten, onderzoeksleider en oprichter van het Vlerick Reward Centre: "Het is gissen naar de oorzaak van dit opvallende aantal stijgingen in Nederland, maar het kan komen door de economische opleving met ‘jubel’-gedrag tot gevolg. Toch zien we dat de winstgevendheid van de onderneming geen impact heeft op de hoogte van de bonussen, dit in tegenstelling tot de grootte van de organisatie. Dit komt vooral doordat organisaties zoeken naar objectieve meetbare criteria om de lonen op te baseren. Een opmerkelijke uitkomst, aangezien de meeste bedrijven aangeven dat EBITDA de belangrijkste maatstaf zou zijn bij het bepalen van de bonus."
Korte termijn winst zeer lonend
De financiële indicatoren, met name winstgevendheid, wegen bij de hoogte van zowel de bonus als de long-term incentives voor CEO's het zwaarst. Hierdoor loont het voor CEO's om in te zetten op kortetermijnwinstgevendheid en efficiëntie. Innovatie en klantgerichtheid komen veel minder aan bod. KPI's die bijdragen aan het oplossen van milieuproblematiek zijn bijna nooit van invloed: slechts één bedrijf bepaalde de hoogte van de bonus op basis van tien milieu-indicatoren. Bij de long-term incentives is het beeld nog meer zwart-wit: hierbij wordt enkel gekeken naar winst en aandelenkoers.
Meer loon voor CEO uit het buitenland
In Nederland werkende CEO's met een andere nationaliteit verdienen gemiddeld genomen meer dan CEO's uit eigen land. In Nederland heeft een kwart van de CEO’s van de beursgenoteerde bedrijven een andere nationaliteit. In Frankrijk en Duitsland komt slechts negen procent en elf procent van de CEO's uit een ander land. Hiermee stelt Nederland ruim het dubbele aantal CEO's van andere nationaliteiten aan ten opzichte van Frankrijk en Duitsland. In het Verenigd Koninkrijk hebben CEO's van wel 44 procent van de beursgenoteerde bedrijven een andere nationaliteit en in België is dit in 35 procent van de CEO's het geval.
Diversiteit:
Uit dit onderzoek komt ook naar voren dat België relatief het meest aantal vrouwelijke CEO's aan het roer heeft staan: bij 8,3 procent van de ondernemingen. In Frankrijk staat -met 2,4 procent- het laagste aantal vrouwen aan de top. Nederland zit net boven het gemiddelde van alle onderzochte landen: 3,3 procent van de Nederlandse beursgenoteerde bedrijven heeft een vrouw als CEO.
Opvallende resultaten in Nederland volgens Vlerick CEO-beloningsonderzoek 2015
• Stijging mediaan CEO-bonus bij beursgenoteerde bedrijven: AEX: +28 procent, AMX: +8,5 procent, AScX: +24 procent.
• Samenstelling Nederlandse CEO-pakket: 50 procent vast salaris, 50 procent variabel (short- en long-term incentives).
• In 2007 was 73 procent van de topbeloningen aandelengebaseerd, nu is dat gedaald tot 55 procent.
• De grootte van de organisatie heeft méér impact op de hoogte van de CEO-salarissen dan de winstgevendheid.
Nederlandse CEO’s zijn gemiddeld vier jaar in functie terwijl mondiaal het gemiddelde op zes jaar ligt. In Frankrijk ligt het gemiddelde bij acht jaar, wat komt door het grote aantal familiebedrijven in het land.