Kwaliteit toezicht belangrijker dan aantal commissariaten
4 september 2015 -
De NCD (Nederlandse vereniging van Commissarissen en Directeuren) vindt het aantal commissariaten veel minder belangrijk dan de kwaliteit van invulling ervan door die commissaris.
De NCD reageert hiermee op de aangekondigde evaluatie van de Wet Irrgang, waarin het aantal commissariaten werd beperkt. In de praktijk ziet de NCD geen enkele aanleiding om de beperking aan te houden.
Toezichthouden is een vak
De Wet Irrgang, die een stapeling van ‘grotere’ commissariaten beperkt, schetst volgens de NCD een schijnwereld. "Alsof toezichthouders niks anders doen dan op afstand toezicht houden en de inspanning voor toezicht bij kleinere bedrijven niet telt. En alsof bedrijven niet zelf kunnen uitmaken of iemand die meerwaarde kan bieden," zo meent de NCD. Deze beeldvorming is echt verleden tijd. Toezichthouden is volgens de NCD een vak dat aanmerkelijke meerwaarde moet hebben voor elke organisatie en haar stakeholders. Om die kwaliteit te leveren is het bewust zijn van de eigen rol (bestuurlijk en vakinhoudelijk) van eminent belang. Dat betekent het niet alleen het bijwonen van vergaderingen, maar ook een gedegen voorbereiding daarvan, het verdiepen in de problematiek van de organisatie (in- en extern) en het bijhouden van alle (markt)ontwikkelingen die relevant zijn voor die organisatie. De tijdsinvestering daarvoor verschilt weliswaar per organisatie, maar is en blijft aanzienlijk.
Richtlijn in plaats van wet
"De huidige beperkingen qua aantal posities is wat ons betreft niet meer dan een richtlijn.
We zijn van mening dat het aan de organisatie zelf is om te bepalen wie welke positie moet innemen. Net als het de verantwoordelijkheid is van de betrokken bestuurder om te bepalen of de noodzakelijke inspanning in overeenstemming is met de kwaliteit van de eigen inbreng in het succes van de organisatie," stelt Gerard van Vliet, directeur van de NCD.
Daarbij dient, wat de NCD betreft, ook overwogen te worden dat elke bestuurder op papier kan beantwoorden aan het maximum aantal posities, maar intussen andere werkzaamheden kan verrichten die ook een forse tijdsinvestering kunnen vragen. Beschikbare tijd en kwaliteit dienen in dat licht te worden gewogen.
Investeren in opleiding
De NCD wil daarom alle energie steken in het verbeteren van de kwaliteit van de kandidaten. "Naarmate we er in slagen meer goed opgeleide kandidaten voor RvC/RvT posities beschikbaar te krijgen hebben organisaties bovendien meer keuzemogelijkheden. Door ook vormen van (informeel) toezicht te introduceren bij kleinere bedrijven in de vorm van een ‘Kitchen Cabinet’ (soort Raad van Advies) krijgen kandidaten de gelegenheid hun eigen bijdrage en grenzen vroegtijdig te verkennen. Binnenkort gaan we ook commissarissen en toezichthouders certificeren volgens Europese richtlijnen. Daar zit expliciet de belofte in dat de commissaris voldoende tijd vrij maakt voor zijn of haar taken, maar ook voor zijn of haar vakinhoudelijke scholing. Dat laatste is een must vanwege de toenemende complexiteit en snelle veranderingen," licht van Vliet toe.