Gemiddelde dekkingsgraad daalt tot onder wettelijk minimum
9 april 2015 -
De gemiddelde dekkingsgraad van de Nederlandse pensioenfondsen is in de maand maart gedaald tot onder het vereiste minimum van 105 procent. Eind maart 2015 stond de actuele dekkingsgraad op 104 procent, een daling van twee procentpunt ten opzichte van de maand ervoor.
De belangrijkste oorzaak hiervan is de gedaalde rente, die mede het gevolg is van de start van het opkoopprogramma van de Europese Centrale Bank (ECB). De beleidsdekkingsgraad is met één procentpunt gedaald en stond per eind maart op 108 procent. Dat is twee procent onder de grens om te kunnen beginnen met indexeren. Dat blijkt uit de Pensioenthermometer van Aon Hewitt.
Gevolgen tekort
Pensioenfondsen mogen hun beleidsbeslissingen sinds 1 januari 2015 niet meer baseren op de actuele dekkingsgraad, maar moeten dit doen op basis van de zogeheten ‘beleidsdekkingsgraad’. Deze is gebaseerd op de gemiddelde dekkingsgraad van de afgelopen twaalf maanden. Bij een beleidsdekkingsgraad onder de 110 procent kunnen pensioenfondsen niet indexeren.
"De kans op indexatie wordt de komende jaren steeds kleiner," zegt Frank Driessen, Chief Commercial Officer bij de afdeling Retirement & Financial Management van Aon Hewitt. "Doordat de actuele dekkingsgraad al geruime tijd onder de beleidsdekkingsgraad ligt, zal de beleidsdekkingsgraad verder dalen. Veel pensioenfondsen zullen een herstelplan moeten opstellen en dat uiterlijk 1 juni indienen bij De Nederlandsche Bank."
Opkoopprogramma ECB belangrijkste oorzaak daling
Om de economie te stimuleren, koopt de ECB sinds begin maart staatsobligaties op bij banken. Daardoor is de toch al lage rente aanzienlijk gedaald. Deze rentedaling speelt pensioenfondsen parten. Door de daling van de rente steeg de waarde van de pensioenverplichtingen in de maand maart met 7,1 procent. Dit effect werd slechts deels gecompenseerd door een stijging van de obligatieportefeuille van 8,2 procent.
Aandelenrendementen compenseren stijging verplichtingen niet
De aandelenkoersen hebben de stijging van de verplichtingen niet kunnen compenseren. Het opkoopprogramma van de ECB had weliswaar een positieve werking op de aandelenkoersen, maar dit effect speelde vooral in de maanden januari en februari. Desalniettemin was het rendement op de aandelenportefeuille 2,8 procent. Hiermee kwam het totaalrendement van de beleggingsportefeuille uit op 5,4 procent.