Bedrijven laten kansen liggen om vrouwen te benoemen
12 september 2014 -
Sinds de invoering van een wettelijk streefcijfer in het kader van de Wet bestuur en toezicht is het aandeel vrouwen in raden van bestuur en raden van commissarissen toegenomen. Maar het streefcijfer van ten minste 30 procent m/v wordt op dit moment nog lang niet gehaald.
Een gemiste kans, omdat meer groei mogelijk is. Dat blijkt uit de bedrijvenmonitor Wet bestuur en toezicht 2013 die minister van OCW, dr. Jet Bussemaker, en drs. Hans de Boer, voorzitter VNO-NCW, gisteren ontving uit handen van Gerdi Verbeet, voorzitter van de commissie Monitoring talent naar de top. De commissie constateert dat meer bedrijven het streefcijfer hadden kunnen realiseren als ze gebruik hadden gemaakt van de kansen om vrouwen te benoemen. De bedrijvenmonitor laat ook zien dat opvallend weinig bedrijven voldoen aan de wettelijke vereisten om te rapporteren in het jaarverslag waarom het streefcijfer nog niet is bereikt en wat men heeft gedaan om het wel te realiseren. Meer bekendheid geven aan het bestaan van het wettelijk streefcijfer en meer praktische informatie over toepassing van de wet is belangrijk want veel bedrijven hebben nog onduidelijkheden en vragen.
Wet bestuur en toezicht
De bedrijvenmonitor onderzoekt ruim 800 grote vennootschappen die vallen onder de Wet bestuur en toezicht. Voor het eerst is in Nederland op deze schaal onderzoek verricht naar het aandeel vrouwen in besturen en raden van toezicht. Het percentage vrouwen in de raden van bestuur (rvb) is sinds de invoering van de Wet bestuur en toezicht( Wbt) toegenomen met 1,5 procentpunt tot 8,9 procent. Het aandeel vrouwelijke commissarissen groeide sindsdien met 1,4 procentpunt naar 11,2 procent. Het streefcijfer van ten minste 30 procent m/v is echter nog ver weg. De stijging van het aandeel vrouwelijke bestuurders en commissarissen komt bovendien geheel voor rekening van minder dan 10,0 procent van de bedrijven.
Vacatures te weinig benut
Bedrijven lieten in 2013 veel kansen liggen om vrouwen te benoemen. In ruim een kwart van de besturen en 43 procent van de raden van commissarissen werden vorig jaar één of meer personen benoemd of herbenoemd. Slechts een vijfde van hen heeft de nieuwe benoemingen ‘benut’ om het percentage vrouwen te vergroten.
Behoefte aan meer informatie over streefcijfer
Bedrijven zijn vaak niet goed op de hoogte van de inhoud van de wet en ze begrijpen niet altijd goed of ze aan de wet moeten voldoen of niet, zo blijkt uit de monitor. Ze denken bijvoorbeeld ten onrechte dat ze niet aan de wet hoeven te voldoen als ze geen of weinig werknemers hebben. Of ze interpreteren de wet zo dat het bij een rvb of rvc van vier zetels ‘niet mogelijk’ is om een evenwichtige verdeling van 30 procent m/v te realiseren. 25 procent is te weinig, 50 procent betekenen is te veel.
Transparantie in jaarverslag laat te wensen over
Vennootschappen die het streefcijfer van minimaal 30 procent m/v niet hebben bereikt, moeten in het jaarverslag uitleggen waarom dat niet gelukt is. Opvallend weinig bedrijven doen dat: 62 procent legt geen verantwoording af over de onevenwichtige samenstelling van de rvb en 57 procent doet dat (ook) niet voor de rvc. Het aantal bedrijven dat in 2013 aan alle wettelijke rapportageverplichtingen voldoet, is minder dan tien procent.
Reacties op de onderzoeksresultaten
Minister Jet Bussemaker is niet te spreken over de trage voortgang. De bewindsvrouw is geen direct voorstander van de invoering van een quotum: "Dat is een paardenmiddel. Maar met de huidige cijfers kunnen we niet aankomen in Brussel. Dit is gewoon verspilling van talent. Er verandert alleen iets als bedrijven hun nek uitsteken en op creatieve en alternatieve manieren talentvolle vrouwen aan zich binden. Bedrijven als Post NL laten zien dat het kan. Als het old boys network niet zelf in actie komt, wordt de druk steeds groter om een quotum in te voeren," aldus Bussemaker.
Drs. Hans de Boer, voorzitter VNO-NCW: "Ook ik pleit ervoor dat de bekendheid met de wet vergroot wordt. Pas als die bekendheid optimaal is kan je namelijk zeggen of de regeling wel of niet werkt. Want als bedrijven niet naleven omdat ze de wet niet kennen, telt dat eigenlijk niet echt voor een evaluatie. Immers, je weet dan niet of ze het wel zouden hebben gedaan als ze met de wet bekend zouden zijn. Dan heeft een evaluatie in 2015 ook echt zin."
Gerdi Verbeet, voorzitter commissie Monitoring talent naar de top, bekijkt de uitkomsten met gemengde gevoelens: "Het is goed om te zien dat het aandeel vrouwen in de raden van bestuur en raden van commissarissen is toegenomen. Maar we moeten realistisch blijven: in dit tempo duurt het nog tot 2028 voordat de rvb en rvc voor ten minste 30 procent uit vrouwen bestaan. Toch ben ik niet pessimistisch. Ik voel dat er een trendbreuk in de lucht hangt. En dat kan ook niet anders nu zoveel talentvolle vrouwen beschikbaar zijn."
Eigen initiatief bedrijven helpt
Meer dan de helft (55 procent) van de bedrijven heeft tot nu toe geen beleid gevoerd om een evenwichtige m/v-verdeling in de rvb te realiseren. Voor de rvc is dat iets minder, maar nog steeds aanzienlijk, namelijk 45 procent. Een grote groep bedrijven (70 procent) is wel van plan om het komende jaar meer maatregelen te nemen met het oog op een evenwichtige m/v-verdeling in de rvb en rvc. Nederland kent een vrijwillig initiatief van bedrijven die m/v-diversiteit in de top van hun onderneming nastreven, het charter Talent naar de top. De bedrijvenmonitor laat zien dat grote vennootschappen die aangesloten zijn bij het charter een meer evenwichtige vertegenwoordiging hebben van vrouwen en mannen in het bestuur en de raden van commissarissen.
Aanbevelingen van de commissie Monitoring
De commissie beveelt aan dat voor meer bestuurszetels openbaar wordt geworven en transparantie bij de benoeming wordt betracht. Ook een gedragscode voor rekruteringsbedrijven, met afspraken over de voordracht van vrouwelijk talent en het hanteren van streefcijfers bij het samenstellen van kandidatenlijsten, is belangrijk. Gezien de vele vragen en onduidelijkheden over de Wet bestuur en toezicht bij bedrijven, adviseert de commissie om meer bekendheid te geven aan het bestaan van een wettelijk streefcijfer en meer praktische uitleg te geven over de toepassing van de wet. Ook is het raadzaam om accountants aan te spreken op naleving van het pas toe of leg uit principe.
De commissie beveelt werkgeversorganisaties aan bij te dragen aan het hoger op de agenda plaatsen van het onderwerp. Aan bedrijven adviseert de commissie voordeel te doen met de kennis en expertise die beschikbaar is binnen grote vennootschappen die aangesloten zijn bij het charter Talent naar de top.
Voor de toekomst adviseert de commissie door te gaan met monitoren omdat het belangrijk is om een vinger aan de pols te houden en te kunnen vaststellen of het wettelijke streefcijfer werkt en voortgang geboekt wordt met het realiseren van meer diversiteit in besturen.
Bedrijvenmonitor en Female Board Index
De bedrijvenmonitor 2013 is een representatief onderzoek onder ruim 800 grote vennootschappen in Nederland die vallen onder de Wet bestuur en toezicht. Het is voor het eerst dat hiernaar in Nederland op grote schaal onderzoek wordt gedaan. Tot nu toe werd het aandeel vrouwen in besturen gemeten via de Female Board Index, waarin ruim 80 beursgenoteerde ondernemingen worden gevolgd. Beursgenoteerde bedrijven vormen echter maar een klein percentage (1,6 procent) van het totaal aantal bedrijven dat aan de Wet bestuur en toezicht moet voldoen.