11 oktober 2013 -
Ondanks dat de 'sharing economy' wordt betiteld als een zeer kansrijke manier voor de inrichting van een duurzame samenleving, is dit voor veel Nederlanders (40 procent) nog een onbekend fenomeen. Dit blijkt uit onderzoek van MarketResponse onder ruim 500 Nederlanders naar aanleiding van de dag van duurzaamheid. De sharing economy was een prominent thema tijdens deze dag.
Dit is een relatief nieuwe ontwikkeling waarbij hergebruik en het delen van bezittingen en diensten door burgers onderling de basis vormen van een nieuwe duurzame economie.
'Bezit' blijft belangrijk
Nog lang niet iedereen is enthousiast over het idee van een sharing economy. Bijna 40 procent van de Nederlanders spreekt het idee niet (zo) aan. Bezit is voor veel Nederlanders nog steeds belangrijk. Meer dan de helft van de Nederlanders vindt het belangrijk dat de spullen die ze gebruiken ook daadwerkelijk van hen zijn. Verder wil een meerderheid liever geen spullen van anderen lenen (53 procent). Ook is men bang wat er met hun eigen spullen zal gebeuren wanneer zij deze uitlenen (56 procent).
Spullen lenen van anderen is goedkoop
Ruim een op de vijf Nederlanders maakt momenteel gebruik van peer-2-peer initiatieven, zoals Marktplaats en Thuisafgehaald.nl, om hun bezittingen of diensten met elkaar uit te kunnen wisselen. De voornaamste reden om van deze initiatieven gebruik te maken, blijkt de prijs. Ruim de helft van de consumenten die hier gebruik van maakt, noemt 'goedkoop' als het belangrijkste motief. Duurzaamheid wordt door slechts één op de tien als voornaamste reden genoemd.
Geloof is er!
Afgezien van de onbekendheid, spreekt de achterliggende gedachte van een sharing economy veel Nederlanders (enigszins) aan (57 procent). Ook geloven zes op de tien Nederlanders dat een sharing economy kan bijdragen aan het creëren van een duurzame samenleving. Dit zijn met name hoog opgeleide Nederlanders tussen de 25 en 34 jaar. Een meerderheid van deze jong volwassenen (38 procent) vindt het over het algemeen ook niet vervelend om eigen spullen uit te lenen. 65-plussers spreekt het idee van sharing economy significant minder aan.
Bijna de helft van de Nederlanders gelooft dat een dergelijk systeem van delen een kans van slagen zal hebben in Nederland. Ook in dit geval zien hoogopgeleiden tussen de 25-34 jaar significant vaker kansen.
Naast onbekendheid en wens tot bezit, heeft 'sharing' mijns inziens nog een inhaalslag te maken. Het heeft ook negatieve associaties, zoals door 'time-sharing'. Dat is/was een aankoop waarbij bijvoorbeeld een aantal weken onderdak voor de vakantie wordt gekocht. Dan zat men ook vaak vast aan hoge kosten voor onderhoud, schoonmaak enzovoort. Vaak werden die contracten wat beter voorgesteld dan de rekening die men achteraf periodiek voorgeschoteld kreeg.
Maar duurzaam ondernemen of het huishouden duurzaam 'runnen', daar zijn we voor. Dat biedt niet alleen kansen, maar biedt ook (mits goed geïmplementeerd) aantoonbare voordelen.
Barry Mooibroek