2 oktober 2013 -
Pensioendeelnemers betalen vanaf 2015 veertien procent meer premie voor hun oudedagsvoorziening. Dat blijkt uit berekeningen van Mercer. Door de premiestijging zal de verwachte miljardenbesparing van staatssecretaris Weekers niet van pensioenfondsen komen, terwijl daar wel door de regering op gerekend wordt.
Het ABP maakte eerder bekend dat de premie met veertien procent zal toenemen in 2015. Erik van den Doel, pensioenadviseur bij Mercer: "De ABP-premie is voor ongeveer 30 procent toe te schrijven aan de premie van alle pensioenfondsen in Nederland. De premiestijging is dus een goede inschatting voor de gemiddelde stijging van alle pensioenfondsen."
Premieverlaging door lager opbouwpercentage...
De pensioenpremie voor 2015 komt tot stand door twee belangrijke wetswijzigingen. Allereerst is dat het plan om pensioenopbouw fiscaal minder aantrekkelijk te maken, waardoor de overheid kan besparen. Binnen dit plan is het maximale opbouwpercentage verlaagd van 2,25 procent naar 1,75 procent. Daarnaast kan er bij een inkomen boven de 100.000 euro niet meer fiscaal vriendelijk pensioen worden opgebouwd. Wanneer pensioenfondsen de fiscale ruimte maximaal benutten daalt de premie met 23 procent.
…maar premiestijging door nieuw pensioencontract
Vanaf 2015 moeten fondsen echter ook nieuwe pensioencontracten afsluiten met hun deelnemers. Hierin kunnen ze kiezen voor een nominaal contract, waarin de pensioentoezegging vaststaat, maar niet meegroeit met de inflatie. Een andere optie, die ook het ABP kiest, is het reëel contract. Daarbij wordt de pensioenpremie wel geïndexeerd en hebben deelnemers een grotere kans op koopkrachtbehoud. Van den Doel: "Hierdoor zullen de fondsen hun premie met 37 procent moeten verhogen, om toch tot het gewenste eindkapitaal te komen. Daarmee wordt de totale premiestijging dus veertien procent."
Van den Doel vindt het opvallend dat Weekers alleen gebruik maakt van het de verlaging van het opbouwpercentage bij het maken van berekeningen rond de pensioenbesparingen: "Door de premiestijging valt het effect van de besparing volledig weg. De besparing wordt conform de nieuwe fiscale regels weliswaar gerealiseerd, maar blijft door de invoering van de nieuwe pensioencontracten ver achter."
Goed stukje. Het maakt de pensioenconsument duidelijk dat de overheid (Weekers ea) alleen kijk naar fiscale besparingseffecten en de consument met twee negatieve effecten voor eigen rekening geconfronteerd word. Beperkte fiscaal gefaciliteerde opbouwmogelijkheden EN premiestijgingen door systeemwijzigingen.
Al met al; veel minder voor meer. Als dit inzicht leidt tot collectieve bewustwording kan het pensioenakkoord nu alweer de prullenbak in omdat draagkracht voor deze wijzigingen verder wegebt. Dit is dan een extra deuk in de solidariteits- en collectiviteitsgedachte.