26 februari 2013 -
In 2012 is de werkgelegenheid in Nederland met 0,7 procent afgenomen. Dit blijkt uit cijfers van LISA, het landelijk databestand met gegevens over alle vestigingen in Nederland waar betaalde arbeid wordt verricht. Sinds 1996 is dit de derde keer dat de werkgelegenheid in een jaar is afgenomen. In 2011 was er nog sprake van een lichte groei van 0,5 procent.
Ten opzichte van 2011 is het aantal banen met 0,7 procent afgenomen; absoluut zijn dat zo'n 57.000 banen minder. In het jaar daarvoor groeide de werkgelegenheid nog met 0,5 procent. De trend dat het aantal vestigingen sneller groeit dan het aantal banen, houdt ook in 2012 aan. Het aantal vestigingen groeide vorig jaar met 1,5 procent. Deze groei aanzienlijk lager dan in de periode 2007-2011, waarin het groeipercentage jaarlijks vier à vijf procent was. Het aantal vestigingen van bedrijven en instellingen in 2012 is ruim 1,2 miljoen. Het totaal aantal banen in Nederland bedraagt in 2012 bijna 8,1 miljoen.
Daling werkgelegenheid het sterkst onder mannen Het aantal werkzame mannen daalde tussen 2011 en 2012 met 1,1 procent. Het aantal werkzame vrouwen nam ook af, met 0,2 procent. Het is voor het eerst sinds 1996 dat het aantal werkzame vrouwen is afgenomen. In de afgelopen jaren is het aantal werkzame vrouwen dan ook sneller gegroeid dan het aantal werkzame mannen. De werkgelegenheid wordt ook gemeten naar gemiddeld aantal werkzame uren per week. Banen van gemiddeld minder dan twaalf uur worden kleine banen genoemd, boven de twaalf uur wordt van grote banen gesproken. De werkgelegenheid is afgenomen in alle categorieën: zowel onder mannen als vrouwen als onder grote en kleine banen.
Minste werkgelegenheidsdaling van kleine banen
In totaal betreft ruim 85 procent van alle arbeidsplaatsen een activiteit van twaalf uur of meer. Dit aantal ‘grote’ banen is tussen 2011 en 2012 met 0,7 procent (50.300 banen) afgenomen. Het aandeel banen van minder dan twaalf uur is eveneens afgenomen met 0,6 procent (6.600 banen).
Banengroei in zorg, cultuur en recreatie; groot banenverlies in de bouw
In 2012 hebben vrijwel alle sectoren te maken gehad met een daling van de werkgelegenheid. Alleen de zorg (1,1 procent) en de sector cultuur & recreatie (0,4 procent) zijn positieve uitzonderingen met groei. De zorgsector is zowel absoluut als relatief de grootste groeisector. De bouwsector vertoonde de grootste absolute en relatieve daling met een afname van 4,1 procent (20.450 banen).
Werkgelegenheid daalt het sterkst in het zuiden Er zijn drie provincies die in de periode 2011-2012 nog werkgelegenheidsgroei hebben gehad: Groningen, Flevoland en Gelderland hadden elk een groei van 0,2 procent. Met name in de zuidelijk gelegen provincies (Zeeland, Limburg, Noord-Brabant) was sprake van een werkgelegenheidsdaling sterker dan het landelijk gemiddelde. Met een afname van 1,4 procent daalde de werkgelegenheid in Zuid-Holland het meest.