4 september 2012 -
De gemiddelde dekkingsgraad van de Nederlandse pensioenfondsen was per eind augustus gelijk aan 95 procent. Dit betekent een lichte stijging van één procentpunt ten opzichte van de maand daarvoor. Dat blijkt uit de Pensioenthermometer van Aon Hewitt. Met de stijging komen pensioenfondsen iets dichter bij de vereiste minimale dekkingsgraad van 105 procent.
Als de pensioenfondsen zouden rekenen met de ‘Ultimate Forward Rate’ (UFR), dan zou de gemiddelde dekkingsgraad uitkomen op 100 procent. "Het lijkt steeds waarschijnlijker dat pensioenfondsen eind dit jaar moeten korten," zegt Raymond de Kuiper, Director Risk & Financial Management Consulting bij Aon Hewitt. "Dit is echter afhankelijk van de vraag of politieke maatregelen zoals de UFR, of varianten daarop, doorgang vinden. De situatie is namelijk bijna niet veranderd ten opzichte van vorige maand."
UFR voor verzekeraars
De Nederlandsche Bank (DNB) introduceerde de UFR begin juli voor verzekeraars. De methode houdt in dat zij hun langetermijnverplichtingen berekenen op basis van een gunstiger rentecurve dan de geldende marktrentes. Deze UFR geldt nog niet voor pensioenfondsen, maar dat zou in de toekomst kunnen veranderen. "Dit kan een zeer grote impact hebben op de dekkingsgraad. Daarom berekenen we ook wat de dekkingsgraad zou zijn als pensioenfondsen met de UFR rekenen," aldus De Kuiper.
Rentes dalen licht, aandelenkoersen stijgen De zogenaamde swaprente daalde in augustus voor looptijden van tien jaar met 0,05 procentpunt en voor looptijden van dertig jaar met 0,03 procentpunt. Dit negatieve effect wordt echter teniet gedaan door positieve ontwikkelingen op de aandelenmarkten. Deze lieten in augustus een lichte stijging zien met gemiddeld 0,24 procent. Grondstoffen stegen gemiddeld met 3,9 procent.