Bedrijfshulpverlening tijdens vakantieperiode vaak onderbezet
6 augustus 2012 -
Bij meer dan de helft van de bedrijven is niet altijd een bedrijfshulpverlener aanwezig, zo blijkt uit onderzoek onder bedrijfshulpverleners door Stichting Bedrijfshulpverlening Nederland. Ieder bedrijf met één of meer werknemers is volgens de Arbo-wet verplicht om op ieder moment een BHV-opgeleid persoon aanwezig te hebben. Toch is dit bij 55 procent van de bedrijven, vooral tijdens vakantieperiodes, niet altijd het geval.
De bedrijfshulpverleners zijn overigens goed voorbereid op calamiteiten. Elk van de ondervraagden wist binnen één minuut de EHBO-doos te vinden. Van hen wist 71 procent wanneer deze voor het laatst gecontroleerd was, terwijl 81 procent op de hoogte was van de houdbaarheidsdatum van de brandblusser.
BHV'er is goed voorbereid
"Het is zorgelijk dat er tijdens vakantieperiodes niet altijd een BHV’er aanwezig is, want dan zijn bedrijfsprocedures door vakantieplanningen toch al vaak wat ontregeld," aldus Brenda van Dranen, adjunct-directeur van Stichting Bedrijfshulpverlening Nederland. "Het is echter wel goed om te zien dat de BHV’ers, zodra deze op hun post zitten, goed zijn voorbereid."
Een herhalingscursus voor BHV is wettelijk verplicht, waarbij een jaarlijkse herhaalfrequentie meestal wordt aangeraden. De ondervraagde BHV’ers gaven aan tevreden te zijn met een herhaling van eenmaal per jaar (81 procent), of dit vaker te willen doen (negentien procent). Geen enkele bedrijfshulpverlener wilde minder vaak op herhalingsoefening.