Organisaties weten wendbaarheid niet te vergroten in crisistijd
12 juli 2012 -
De meerderheid van organisaties in Nederland (58 procent) is het niet gelukt de eigen wendbaarheid te vergroten in het afgelopen jaar. Zij vinden zichzelf onvoldoende voorbereid op veranderingen in conjunctuur en arbeidsmarkt. Hoewel het onderwerp bij 82 procent van de organisaties hoog op de agenda staat, lukt het ondanks de druk van de aanhoudende crisis niet om de noodzakelijke doorbraak te realiseren.
Belangrijkste belemmering is volgens 28 procent dat men blijft steken in kortetermijndenken. Deze conclusies komen naar voren uit het Wendbaarheidsonderzoek dat in opdracht van Yacht voor de vierde maal is uitgevoerd. Peter Hulsbos, algemeen directeur Yacht: "Een deel van de bedrijven, twee op de vijf, zegt dat hun wendbaarheid is toegenomen. Een schrikbarend grote groep van 58 procent heeft de wendbaarheid echter niet weten te vergroten. Zorgelijk, want juist onder druk van de crisis, waarvan we zeker mogen verwachten dat die voorlopig aanhoudt, is wendbaarheid voor organisaties dé winfactor. En vooral ook zorgelijk, omdat organisaties er blijkbaar niet in slagen datgene te doen wat zij belangrijk vinden."
Concurrentiekracht vergroten
Wendbaarheid staat bij veel organisaties hoog op de agenda: maar liefst 82 procent wil de wendbaarheid vergroten. Bijna de helft (48 procent) vindt dat er zelfs nog méér aandacht moet zijn voor wendbaarheid. Belangrijkste drijfveer: men wil concurrerend blijven (achttien procent). Andere redenen zijn 'helpt ons door de crisis heen' (elf procent), 'helpt ons omgaan met veranderende wetgeving' (tien procent) en 'helpt ons omgaan met een sterk fluctuerende marktvraag' (tien procent).
Kortetermijndenken grootste belemmering
Wat belemmert organisaties bij het vergroten van hun wendbaarheid? Belangrijkste probleem is 'de kortetermijnvisie van organisaties' (28 procent). Organisaties met een achterstand op het gebied van wendbaarheid zijn met name bezig met overleven. Zij kijken vooral naar het efficiënter inrichten van de organisatie. Organisaties die al wat wendbaarder zijn, zijn meer bezig met de dag van morgen. Zij focussen zich op procesverbetering en kennismanagement. Organisaties die al structureel wendbaar zijn, houden zich bezig met kennismanagement en met het bepalen van de strategische richting. Daarnaast noemen ze relatief vaak dat ze bezig zijn met talentmanagement.
Bedrijven waar alles lukt
Peter Hulsbos: "Wat we zien is dat er twee uitersten zijn. Met aan de ene kant bedrijven waar alles lukt, die wendbaar zijn, geen belemmeringen zien, bezig zijn met strategie en kennisontwikkeling en succesvol zijn. Deze organisaties zeggen ook vaker dat ze geen last hebben van de crisis. Aan de andere kant zien we organisaties die in een zuigend moeras zitten van kortetermijnkeuzes, waar onvoldoende ruimte is voor strategie en zelfreflectie, waar reorganisaties elkaar snel opvolgen en waar beelden van middenmanagement en topmanagement relatief vaak van elkaar verschillen."
Wendbaarheidonderzoek toont stijgende lijn wendbaarheid
Ondanks het feit dat 58 procent van de organisaties de wendbaarheid niet heeft weten te vergroten, blijkt uit deze vierde meting van het continue-onderzoek van Yacht naar wendbaarheid dat de wendbaarheid van organisaties voorzichtig toeneemt. Het aantal organisaties dat structureel wendbaar is, is over een periode van ruim twee jaar licht gegroeid van vijftien procent naar achttien procent. Het aantal organisaties dat nog helemaal niet wendbaar is, daalt flink van 38 procent naar 28 procent.
Peter Hulsbos: "De wendbaarheid neemt vooral toe doordat steeds meer organisaties strategische HR-plannen inzetten; men het relatief makkelijk vindt om de juiste externe kennis binnen te halen; en steeds meer organisaties een bewuste keuze maken voor de ideale verhouding tussen vaste werknemers en flexwerkers."