Persoonlijkheidsvragenlijsten hebben nauwelijks voorspellende waarde
27 maart 2003 -
Het gebruik van persoonlijkheidsvragenlijsten bij selectie- en loopbaantrajecten is de afgelopen jaren sterk toegenomen. Toch hebben deze psychologische tests nauwelijks voorspellende waarde.
De 'ouderwetse' intelligentietests zijn nog altijd de beste voorspeller van toekomstig rendement op nieuwe medewerkers. Dat schrijft Paul van der Maesen de Sombreff in een artikel op M@n@gement.
Fascinatie voor persoonlijkheidsvragenlijsten De belangrijkste reden dat intelligentietests effectiever zijn is omdat deeze een indicatie geven hoe productief iemand zal zijn. De uitkomst zegt bijvoorbeeld iets over de snelheid van werken en het verwerken van informatie. Niettemin hechten P&O-functionarissen de laatste tijd veel waarde aan de uitkomsten van persoonlijkheidsvragenlijsten. Dit lijkt te komen omdat er een zekere fascinatie is voor het karakterstructuur van medewerkers, iets wat onder meer tot uiting komt in competentiemanagement. Vragenlijsten profiteren ook van de emotionaliteitscultus die uit de VS is komen overwaaien. Auteurs als Daniel Goleman beweren dat in het bedrijfsleven emotionele intelligentie veel belangrijker is dan analytische intelligentie. Vrijwel automatisch wordt vervolgens aangenomen dat tests die dat soort eigenschappen meten ook beter zijn.
Onbekendheid Hoewel intelligentietests in bijna alle opzichten een beter selectie- en beoordelingsinstrument zijn, dringt dat nauwelijks door tot HRM-functionarissen. De tests zijn in zekere zin impopulair omdat ze wat schools overkomen. Bovendien, stelt de auteur, weten veel HRM-functionarissen niet dat intelligentietests zo'n goede voorspeller zijn.
Bron:M@n@gement