22 mei 2012 -
Vertrouwen is een belangrijke voorwaarde voor Het Nieuwe Werken. Toch is dit vaak niet aanwezig. Zo twijfelt 31 procent van de medewerkers wel eens of collega's die ergens anders aan het werk zijn wel echt werken. Dat blijkt uit het Nationaal onderzoek Over Het Nieuwe Werken 2012. Aan het onderzoek namen ruim 3.200 mensen deel.
Het jaarlijks terugkerende onderzoek laat duidelijk zien dat Nederland de voordelen van Het Nieuwe Werken ziet. Zo denkt 66 procent dat zijn of haar organisatie hierdoor productiever wordt. Ook worden de voordelen gezien als het gaat om duurzame inzetbaarheid. Voor 58 procent is Het Nieuwe Werken bijvoorbeeld onmisbaar om als werknemer inzetbaar te blijven. Dat is mogelijk door een betere combinatie van werk en privé.
Vertrouwen essentieel
Het Nieuwe Werken vraagt echter wel om vertrouwen in medewerkers. Voor 67 procent begint het invoeren van Het Nieuwe Werken hiermee, gevolgd door een geschikte bedrijfscultuur (53 procent) en de beschikbaarheid van de juiste technologie (46 procent). Het is echter opvallend dat het belangrijkste ingrediënt - vertrouwen - ontbreekt bij een op de drie medewerkers.
"Het is niet verrassend dat vertrouwen als belangrijke voorwaarde wordt gezien voor Het Nieuwe Werken. Tenslotte werkt u tijd- en plaatsonafhankelijk, en dan moet u erop kunnen vertrouwen dat mensen ook doen wat ze hebben afgesproken," aldus Henny van Egmond, partner van Yolk en schrijver van het boek 'Het nieuwe werken van visie naar praktijk'.
Controle
In de praktijk komt van vertrouwen echter weinig terecht. "Organisaties zijn de afgelopen jaren feitelijk ingericht op basis van wantrouwen, en dat is de laatste jaren alleen maar erger geworden. We controleren letterlijk elke activiteit, alles moet worden vastgelegd en als er wat fout gaat, is de eerste vraag die we stellen: wie kunnen we de schuld geven?' Al dat wantrouwen leidt tot niets. Meer regels en procedures, meer toezicht en controles, het zijn allemaal activiteiten die vrijwel nooit waarde toevoegen in een organisatie. We zien nu in het onderzoek dat het wantrouwen ook bezit neemt van de medewerkers. Zijzelf vertrouwen hun collega's niet meer als ze thuiswerken, terwijl we weten dat mensen die elders werken vaak harder werken dan op kantoor. Maar ja, zoals de waard is ..."
Pas op de plaats
Uit het onderzoek blijkt verder dat het aantal medewerkers dat bepaalt waar en wanneer het werk wordt gedaan nauwelijks is veranderd. Zo bepaalt 54 procent waar het werk wordt gedaan en 52 procent wanneer het werk wordt gedaan (in 2011 was dit respectievelijk 53 en 54 procent). Het lijkt er dus op dat veel organisaties in 2012 een pas op de plaats maken.
Steeds meer medewerkers verwachten dit jaar echter dat hun organisatie klaar is voor Het Nieuwe Werken. Van de respondenten verwacht 26 procent namelijk dat zijn of haar organisatie binnen twee jaar klaar is voor Het Nieuwe Werken, tegen 22 procent in 2011. Binnen de termijn van twee tot vijf jaar is 23 procent er klaar voor, tegen vijftien procent vorig jaar.