1 februari 2012 -
Het pensioenvermogen van Nederland is het afgelopen decennium toegenomen tot 133 procent van het BNP. Daarmee heeft Nederland wereldwijd relatief het meeste pensioen opgebouwd. Dat blijkt uit de Global Pension Asset Study van Towers Watson, een internationaal onderzoek naar pensioenbezittingen in de dertien grootste pensioenfondsmarkten. Wereldwijd nam het pensioenvermogen in 2011 toe met vier procent tot een recordhoogte van 28 biljoen dollar.
Towers Watson vergelijkt in het onderzoek het totale pensioenvermogen met het BNP per land. In Nederland is het pensioenvermogen het grootst, gevolgd door Zwitserland (115 procent), de Verenigde Staten (107 procent) en het Verenigd Koninkrijk (101 procent). De wereldwijde pensioenassets zijn sinds 2001 met gemiddeld zes procent gestegen. Alleen in 2008 was er een daling van 21 procent.
Balansen pensioenfondsen verzwakt
Gerard Roelofs, Hoofd Continentaal Europa van de Investment Consulting praktijk bij Towers Watson: "Met de discussie over pensioenindexatie is het een interessant gegeven dat het pensioenvermogen van Nederland gegroeid is. Het afgelopen decennium zijn echter ook financiële risico’s toegenomen. Denk aan de crisis in 2008 en de huidige eurocrisis. Ook neemt de vergrijzing toe. Het is dus belangrijk dat toezichthouders en pensioenfondsen zich blijven concentreren op de pensioenuitkering." Ondanks de waardegroei zijn de balansen van pensioenfondsen wereldwijd verzwakt, doordat financiële risico’s sterk zijn toegenomen. Roelofs: "Beleggers moeten over flexibele strategieën beschikken waarmee ze met een ruimere blik naar risico’s kunnen kijken. Daarbij is het goed dat de rol van risicomanagement bij pensioenfondsen fors gegroeid is. Het blijft de komende tijd uitdagend om financiële risico’s op hun juiste waarde in te schatten."
Nederland een-na-grootste obligatiebelegger
Na Japan beleggen Nederlandse pensioenfondsen het meest in obligaties: 58 procent van het pensioenvermogen bestaat uit obligaties, in 2009 was dit nog 48 procent. Ook is Nederland, samen met Zwitserland, de kleinste aandelenbelegger. Nederlandse pensioenfondsen beleggen 27 procent van hun vermogen in aandelen. Het aantal alternatieve assets (vastgoed, grondstoffen, hedgefondsen) nam het afgelopen decennium fors toe: van een procent in 2001 tot veertien procent in 2011. Nederlandse pensioenbezittingen behaalden de afgelopen vijf jaar een rendement van 5,1 procent. Roelofs: "Het beleggingsbeleid van Nederlandse pensioenfondsen is relatief veilig. Pensioenfondsen in andere landen behaalden een hoger rendement, maar zij kiezen ook voor meer risico’s."
Verschuiving van DB naar DC
Sinds 2001 neemt ook het aantal mensen dat pensioen opbouwt via een DC-regeling toe. Was dit in 2001 nog een procent, nu is dit zeven procent. Roelofs verwacht dat deze groei zal doorzetten: "Jongeren willen meer regie over hun eigen pensioen en werkgevers zijn steeds minder bereid eventueel verlies van een afgesproken toezegging te compenseren. Ik verwacht dus zeker dat deze trend zal doorzetten."