Ontslagzaken kansrijker voor de rechter dan via CWI
26 februari 2003 -
Bedrijven leggen ontslagaanvragen steeds vaker voor aan kantonrechters. Die beslissen veel vaker ten gunste van de werkgever dan het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI).
In 2002 weigerde het CWI in 10 procent van de gevallen een ontslagvergunning, de rechter deed dat in slechts 4 procent van de gevallen.
Verdubbeling ontslagzaken Het aantal aanvragen verdubbelde bijna ten opzichte van 2001; de kantongerechten ontvingen 60.000 ontslagaanvragen, het CWI 71.000. Van ontslagaanvragen bij de rechtbanken werd 4 procent geweigerd.
Schadevergoeding in plaats van weigering Het CWI toetst een ontslagaanvraag aan regels die de werknemer beschermen, zoals de opzegtermijn en herplaatsingsmogelijkheden. Worden die voorschriften overtreden, dan gaat het Centrum niet akkoord met de aanvraag. De rechtbank legt de werkgever in zo'n geval een schadevergoeding op. Het ontslag kan dan wel doorgaan.
Soms gunstig, soms ongunstig voor werknemers Voor werknemers kan een ontslagprocedure via de rechter gunstig uitpakken, met name als deze snel weer elders aan de slag kunnen. De schadevergoeding is dan een mooi extraatje. Komt een werknemer niet snel weer aan de slag, dan moet hij eerst zijn schadevergoeding opmaken voordat hij in aanmerking komt voor een WW-uitkering.
