Hoogopgeleiden ontevreden met loopbaanmogelijkheden
25 november 2011 -
De aanhoudende crisis eist zijn tol. De tevredenheid van hoogopgeleide werknemers met hun loopbaanmogelijkheden is dit jaar flink gedaald. Daarnaast hebben werkgevers in de profitsector de afgelopen jaren de opleidingsbudgetten voor hun personeel fors teruggeschroefd.
Ook de stijging van het startsalaris is dit jaar minimaal; in de non-profitsector 0,6 procent en in het bedrijfsleven 1,6 procent. In 2008 en 2009 lag de stijging in beide sectoren nog tussen de twee en drie procent. Dit blijkt uit het Intermediair Beste Werkgevers Onderzoek 2011 waaraan meer dan 70 bedrijven en 10.930 werknemers meededen.
Dramatische daling tevredenheid met loopbaanmogelijkheden
De tevredenheid van hoogopgeleide werknemers met hun loopbaanmogelijkheden is afgelopen jaar gekelderd. In de profitsector vond ruim 70 procent van de hoogopgeleide medewerkers de afgelopen jaren dat ze voldoende mogelijkheden hadden om hun loopbaanwensen te verwezenlijken. Dat is dit jaar ineens gezakt naar 65 procent. Bij (semi-)overheidsinstellingen is de daling nog groter: van 65 naar 54 procent. Kees Versluis van Intermediair: "De dalende tevredenheid van werknemers komt deels door het grote aantal reorganisaties het afgelopen jaar. Maar ook door de aanhoudende crisis, waardoor mensen om financiële redenen niet weg durven gaan bij hun werkgever, ook al is hun carrière vastgelopen."
Opleidingsbudgetten fors gedaald
Werkgevers in de profitsector hebben hun opleidingsbudgetten flink teruggeschroefd de afgelopen jaren, zo blijkt verder uit het onderzoek. In 2008 trokken bedrijven nog 5,8 procent van de bruto loonsom uit voor opleidingen en cursussen; dit jaar is dat nog maar 3,8 procent. In de publieke sector is die negatieve trend er overigens niet. Het opleidingsbudget bleef daar de afgelopen jaren stabiel rond een (lage) 2,6 procent. "We zien dat bedrijven steeds vaker hun eigen medewerkers inzetten om voor de groep te gaan staan in plaats van dat ze externe trainers inhuren. Denk hierbij bijvoorbeeld aan trainingen verandermanagement, communicatietechnieken of timemanagement die nu ‘in huis’ door collega’s zelf worden gegeven," aldus Versluis.
Andere opvallende cijfers Uit het Intermediair Beste Werkgevers Onderzoek 2011 komen een aantal andere opvallende cijfers naar voren:
• De stijging van de startsalarissen voor hoogopgeleide starters was dit jaar minimaal: 0,6 procent in de non-profitsector, 1,6 procent in het bedrijfsleven. In 2008 en 2009 lag de stijging in beide sectoren nog tussen de 2 procent en 3 procent.
• Werknemers zijn zowel in de profit- als de non-profitsector steeds ouder. 38 procent van de (semi-)overheids werknemers is 50 jaar of ouder (was 31 procent in 2006). In het bedrijfsleven is een kleine 20 procent 50-plusser (was zestien procent in 2006).
• Bij 79 procent van de organisaties is het tegenwoordig mogelijk om na je 65ste door te werken.
• Maar liefst 98 procent van de werkgevers in de profitsector geeft werknemers die af en toe thuiswerken een laptop en een mobieltje (of smartphone) van de zaak. 67 procent vergoedt ook het thuisinternetabonnement.
• Van de (semi-)overheidsbedrijven stelt 73 procent thuiswerkende medewerkers een laptop ter beschikking; 65 procent van de thuiswerkende medewerkers krijgt een mobieltje of smartphone van de zaak. Het internetabonnement wordt slechts door 35 procent van de non-profitorganisaties vergoed.
• 81 procent van de commerciële bedrijven betaalt niets door wanneer ouders van jonge kinderen ouderschapsverlof opnemen. Onder (semi-)overheidsinstellingen bedraagt dat percentage slechts negentien procent.
• 52 procent van de bedrijven en organisaties heeft een aparte gebeds- of bezinningsruimte. Tien jaar geleden lag dat percentage nog ruim onder de twintig procent.
• De kans om arbeidsongeschikt te worden is bij een (semi-)overheidsinstelling met 0,2 procent per jaar twee maal zo groot als in een commercieel bedrijf.
Op zich geen vreemde cijfers. Het beleid is er (terecht) op gericht om zo weinig mogelijk lagen in de organisatie te hebben en daardoor is er ''minder plaats aan de top''.
Dat wil zeggen dat het beleid meer gericht moet zijn op horizontale groei, verbreding of juist specialisatie, afhankelijk van de talenten van de medewerker.
Wat de opleidingsbudgetten betreft, opleiden is al jaren een van de grootste verspillingen binnen arbeidsorganisaties. Niet omdat opleiden niet nuttig is, het tegendeel is waar, gericht opleiden heeft zeer hoog rendement. Maar te vaak wordt er getraind op ''zwakke punten'' in de hoop op verbetering. Maar omdat vaak het talent ontbreekt haalt opleiden weinig of niets uit, weg geld.
Veel van deze problemen kunnen worden voorkomen door alle medewerkers door een talentscan te halen, zoals agamedes.nl en op basis van talenten loopbaanbeleid te gaan voeren. De investeringen zijn dan binnen een jaar meervoudig terug te verdienen.