24 november 2011 -
Een radiostilte over de te verwachten bedrijfsresultaten is niet slim, zegt 94 procent van de beleggers en analisten in een onderzoek van PwC en Rotterdam School of Management, Erasmus University (RSM). Zwijgen schaadt het vertrouwen van analisten en beleggers in zowel onderneming als bestuurder. Het leidt tevens tot lagere koersen. De resultaten van het analistenonderzoek werden gisteren door PwC gepresenteerd op een seminar voor bestuurders en analisten.
Erik Roelofsen, hoogleraar kapitaalmarktcommunicatie aan RSM en director bij PwC: "We weten dat ondernemingen die stoppen met het doen van voorspellingen, dat vaak doen omdat zij slecht nieuws hebben. Uit dit onderzoek blijkt nu dat beleggers en analisten daar doorheen prikken. Zes van de tien analisten heeft minder vertrouwen in ondernemingen die geen voorspellingen geven dan in ondernemingen die dit wel doen. Ook zullen ze eerder een positief koopadvies geven voor ondernemingen die voorspellingen doen, zelfs als ze denken dat de waarde van de ondernemingen ten opzichte van de prijs vergelijkbaar is. Een derde van de analisten vindt zelfs dat ondernemingen die geen voorspellingen doen een lagere koers moeten krijgen en die dat wel doen een hogere. Dit sluit aan bij eerder onderzoek van RSM, waaruit blijkt dat het niet beantwoorden van vragen de koers flink kan drukken."
Stoppen met winstverwachtingen
Nu de economie onzeker is, overwegen veel bestuurders om te stoppen met het geven van verwachtingen, met name winstverwachtingen. Er is ook kritiek dat het geven van korte termijn verwachtingen te veel leidt tot kortzichtigheid van het bestuur. Erik Roelofsen: "Het is een lastig dilemma voor bestuurders. Voorspellingen kunnen het vertrouwen verhogen, anderzijds worden ze er op afgerekend." Analisten zelf twijfelen veel minder, ook als zij in de schoenen van de bestuurder zouden staan: slechts 6 procent zou in deze markt stoppen met het geven van winstverwachtingen. Driekwart heeft er dan ook geen begrip voor dat ondernemingen door de economische onzekerheid minder open zijn.
Voorspellingen
Kortom, analisten en beleggers interpreteren geen nieuws als slecht nieuws. Volgens Erik Roelofsen kunnen ondernemingen dan ook maar beter voorspellingen blijven doen, maar daarbij focussen op de lange termijn en meer inzicht geven in de factoren waarop die voorspellingen zijn gebaseerd. "Daarmee behouden bestuurders het vertrouwen van beleggers en kunnen zij het toch uitleggen als de toekomst anders uitpakt. Stoppen met het communiceren van vooruitzichten is bijna altijd slecht. Gemiddeld daalt de koers direct met ruim 5 procent."
Verwachtingen lekken toch
Het negatieve signaal dat uitgaat van het stoppen met het geven van verwachtingen is niet de enige reden dat analisten en beleggers het aandeel voortaan links laten liggen. Ze zijn ook bang dat bestuurders in besloten kring wèl een blik op de toekomst werpen. Met andere woorden: de verwachtingen lekken toch. Roelofsen: "Dat hoeft niet eens bewust te gebeuren. Uit een eerdere meting blijkt dat analisten en beleggers heel goed in staat zijn om non-verbale signalen op te pikken in een gesprek met het bestuur. Ze zien dit als een probleem, omdat het onderlinge ongelijkheid creëert. Meer dan 60 procent vindt dat toezichthouders daar juist nu meer op zouden moeten letten."
Betere voorspellers
Moeten ondernemingen dan maar altijd voorspellingen geven? Nee, dat is niet altijd goed. Roelofsen: "Als in het verleden de voorspellingen van het management vaak slechter waren dan de voorspellingen van analisten, kan men maar beter niets zeggen. Dat klinkt misschien onwaarschijnlijk, maar in een kwart van de gevallen blijken analisten beter te voorspellen dan bestuurders."