18 november 2011 -
Met name door de economische crises van 2001 en 2009 zijn de hoofdkantoren van multinationals het afgelopen decennium gegroeid. In 2010 werkte gemiddeld 4,5 procent van de medewerkers op een hoofdkantoor ten opzichte van 0,9 procent aan het eind van de vorige eeuw. Na ruim tien jaar centralisatie gaan grote bedrijven nu echter weer decentraliseren, zo voorspelt Roland Berger Strategy Consultants.
Dat wil zeggen dat centrale hoofdkantoren weer kleiner worden, terwijl het aantal regionale kantoren zal toenemen. Dit blijkt uit de periodieke studie 'Corporate Headquarters' die het strategisch adviesbureau de afgelopen twaalf jaar onder inmiddels 300 hoofdkantoren wereldwijd heeft uitgevoerd. Aan dit onderzoek namen 72 hoofdkantoren deel.
Minder hoofdkantoormedewerkers
In 2010 werkten wereldwijd gemiddeld 4,5 procent van de medewerkers van organisaties op een hoofdkantoor. Twaalf jaar geleden was dit nog 0,9 procent. Na de crisis van 2001 steeg dit percentage naar drie procent om vervolgens in 2009 verder toe te nemen naar de huidige 4,5 procent. "Bedrijven hebben tijdens de economische crisis enorm bespaard en zijn op vele vlakken ingekrompen. Centralisatie heeft geleid tot een exponentiele groei van hoofdkantoren tijdens de zware jaren. Met name de insourcing van externe medewerkers heeft hieraan bijgedragen. Nu we uit het dal beginnen te klimmen, zie je weer een ommezwaai richting decentralisatie," zegt Arnoud van der Slot, partner bij Roland Berger in Nederland.
Centrale controle, gedecentraliseerd management
Met de opkomst van landen als China en India, gaan de economische centra de komende decennia verschuiven. "Multinationals zullen onvermijdelijk mee moeten gaan met deze verschuiving. Hierdoor krijg je meer kleinere regionale kantoren verspreid over de hele wereld. Bepaalde functies zullen daar naartoe worden overgebracht, weg van het centrale hoofdkantoor. Werknemers van hoofdkantoren worden op projecten in andere plekken van het bedrijf geplaatst, waar ze vaker zullen blijven na de afronding van een project," legt Van der Slot uit. "De hoofdkantoren zoals wij die nu kennen, krijgen een beslissende rol als expert en coördinator in een netwerk van interne en externe experts. We gaan dus toe naar centrale controle met een gedecentraliseerd management."
Dynamisch perspectief
Uit het onderzoek blijkt dat centralisatie vooral heeft geleid tot sterke groei in alle strategische en financiële functies, terwijl Human Resources en operationele functies lichte groei laten zien. IT functies zijn stabiel gebleven en marketing en sales zijn afgenomen. "In de overweging om te centraliseren danwel te decentraliseren, is het van belang dat dit per individuele functie bekeken wordt. Er is de afgelopen jaren nogal wat gezwabberd met de organisatiestructuur. Om grote slingerbewegingen te voorkomen, is een dynamisch perspectief daarom van belang," besluit Van der Slot.
Weinig waardering
Ondanks de sterke groei van de hoofdkantoren, wordt de toegevoegde waarde echter niet altijd gezien. Zowel intern als extern wordt met een kritische blik gekeken naar grote hoofdkantoren. Meer centralisatie in hoofdkantoren wordt vaak ervaren als meer bureaucratie en onduidelijke besluitvorming. Van der Slot: "Hoofdkantoren zijn wel degelijk van groot belang voor multinationals. Het probleem is alleen dat dit niet altijd duidelijk zichtbaar is. Zaken als kennisdeling en het behalen van schaalvoordelen worden niet altijd door de buitenwereld waargenomen. Ook grote efficiencyprogramma's worden bijna altijd vanuit hoofdkantoren aangestuurd."