Nederlanders zien de toekomst voor hun kinderen somber in
15 november 2011 -
Een van de belangrijkste graadmeters voor de economie is het consumentenvertrouwen. Uit cijfers van het nationaal vertrouwensonderzoek, dat &samhoud donderdag 17 november 2011 officieel presenteert, blijkt dat de Nederlandse 'high trust society' onder grote druk staat. En dat is slecht nieuws met verstrekkende gevolgen voor zowel onze economie als onze samenleving.
Exemplarisch is dat voor het eerst in tientallen jaren Nederlanders de toekomst van hun kinderen veel somberder inzien (41 procent) dan hun eigen toekomst (58 procent). En dat druist in tegen onze natuur, onze levenshouding, ons sociaal-maatschappelijke beleid en het wezen van onze maatschappij; alles was er altijd op gericht om onze kinderen een betere toekomst te bieden.
"De resultaten in dit onderzoek zijn gitzwart. Het laat zien dat Nederland een heldere visie en krachtig leiderschap mist. Daar moeten we nu hard op inzetten," zegt Salem Samhoud, oprichter van &samhoud, over het onderzoek. "Met name het bedrijfsleven zal de handschoen moeten oppakken om de spil te worden waar ons land om draait; met meer vrijheid voor ondernemerschap en tegelijkertijd meer verantwoordelijkheid voor de samenleving, daar vertrouwt de Nederlander op. Winst en maatschappelijk welzijn zullen meer in balans gebracht moeten worden."
Pijnlijke maatschappelijke trends
Meer dan de helft van de 1.240 respondenten vertrouwt zijn of haar collega's niet en tweederde van de Nederlanders heeft geen vertrouwen in de werkgever. De cijfers laten zien dat werkend Nederland wordt gekenmerkt door wantrouwen.
Een mogelijke verklaring voor dit laatste zou kunnen zijn dat mensen momenteel niet zeker zijn van hun baan en met argusogen de ontwikkelingen in de economie en in Europa volgen.
Nog een stapje verder weg vinden we de Nederlandse maatschappij; 29 procent geeft aan daar vertrouwen in te hebben. De top van het bedrijfsleven en de politiek tenslotte, sluiten de rij. Slechts dertien procent van de Nederlanders heeft vertrouwen in de top van het bedrijfsleven en maar elf procent heeft vertrouwen in de politiek.
Het vertrouwen in de economie blijft dalen en neemt ernstige vormen aan
Het feit dat het consumentenvertrouwen in de economie blijft dalen, begint ernstige vormen aan te nemen. Het vertrouwen in de economie is sinds 2008 jaarlijks gemiddeld met veertien procent gedaald.
Het vertrouwen in de economie in Nederland was in 2008 nog 41 procent maar ging daarna in een rechte lijn naar beneden en staat in oktober 2011 op 24 procent. Slechts één op de vier Nederlanders heeft nu nog vertrouwen in de economie van ons land.
Oplossing crisis
Minder dan de helft van de consumenten gelooft in herstel van de kredietcrisis binnen vijf jaar. Twaalf procent van de respondenten in 2011 denkt dat we binnen een jaar uit de crisis zullen komen en 46 procent denkt dat dat binnen vijf jaar gebeurt. Dat betekent dat meer dan de helft van de Nederlanders de komende vijf jaar en daarna somber inziet.
Een opmerkelijk resultaat uit het nationale vertrouwensonderzoek is dat Nederlanders meer vertrouwen op Duitsland dan op Nederland als het aankomt op het oplossen van de crisis. 28 procent vertrouwt op Duitsland en 22 procent vertrouwt op Nederland voor de oplossing. Daarnaast is het ook opmerkelijk dat het vertrouwen op Amerika groot is gedaald. Slechts drie procent gelooft erin dat het land leidend zal zijn om de crisis op te lossen en het land komt daarmee op de vierde plaats.
Bang voor werkloosheid Slechts 28 procent van de Nederlanders heeft vertrouwen in de Nederlandse arbeidsmarkt. Slechts 38 procent vertrouwt erop over vijf jaar nog werk te hebben en maar 45 procent is er van overtuigd over een jaar nog werk te hebben.
Door de financiële crisis is 51 procent van de consumenten bezorgd over zijn huidige financiële situatie en is 59 procent bezorgd over zijn toekomstige financiële situatie. Steeds meer consumenten ondervinden persoonlijk nadeel van de kredietcrisis. In 2008 gaf 21 procent aan dat zijn of haar vermogen was gedaald. In 2011 is dat 39 procent. Bijna een verdubbeling. 70 procent van de Nederlanders zegt beter op te letten hoeveel geld er wordt uitgegeven.
58 procent van de Nederlanders heeft vertrouwen in zijn of haar eigen toekomst. Dat betekent dat ruim 40 procent het niet weet of geen vertrouwen heeft. 39 procent heeft vertrouwen in Nederland, een smalle basis om op te bouwen. Het meest opzienbarend is wel dat maar 41 procent vertrouwen heeft in de toekomst van zijn of haar kinderen.