28 september 2011 -
De prijs van grondstoffen stijgt de laatste jaren fors en in de toekomst zullen er minder grondstoffen beschikbaar zijn. Toch hebben maar weinig bedrijven een beleid om zich te wapenen tegen de risico's van schaarser wordende grondstoffen en fluctuerende prijzen, zo blijkt uit de jongste PwC Duurzaamheidbarometer onder 208 Nederlandse beleidsmakers op het terrein van duurzaam ondernemen.
Slechts één op de vijf heeft een beleid geformuleerd hoe om te gaan met grondstofschaarste. Dat beleid is met name gericht op efficiënter gebruik van materialen en energie en slechts mondjesmaat op substitutie.
Groei en speculatie
De publicatie van de barometeruitkomsten valt samen met de Earth Overshoot Day. Dat is - geteld vanaf 1 januari - de dag wanneer de mensheid wereldwijd net zoveel van de natuurlijke hulpbronnen heeft opgebruikt als wat de aarde in één jaar tijd kan opbrengen. De snelle groei van veel economieën en van de wereldbevolking zijn volgens de respondenten de belangrijkste oorzaken van schaarste. Maar opvallend vaak wordt ook speculatie genoemd als oorzaak. Het zou leiden tot marktverstoringen en prijsfluctuaties. Veel wereldleiders en wetenschappers wijzen ook op een verband tussen schaarste van elementaire grondstoffen en het ontstaan van conflicten.
Prijsstijging
De respondenten zien met name een prijsstijging van grondstoffen als een reëel bedrijfsrisico, gevolgd door nieuwe regels en afnemende leveringszekerheid. Het bedrijfsrisico van prijsstijgingen geldt zeer sterk voor mineralen en energie en in iets mindere maten voor water en voedsel. De spaarzame bedrijven die zeggen wel te reageren op grondstofschaarste richten hun beleid dan ook met name op efficiënter gebruik van materialen en energie. Daarmee hopen ze stijgende kosten te voorkomen.
laag ambitiniveau
Volgens Klaas van den Berg, sustainability leader bij PwC, tonen de uitkomsten dat het thema nauwelijks op de agenda van het Nederlandse bedrijfsleven staat. "Het ambitieniveau valt mij niet mee. De inkopers zien de prijs stijgen maar slaan nog geen alarm. Overzicht over de dynamische en diffuse grondstofmarkt ontbreekt veelal, omdat de supply chain lang is en er vele partijen bij betrokken zijn. Als er geen risicoanalyse en strategie geformuleerd wordt, kan grondstofschaarste de continuïteit van bedrijven in gevaar brengen. Maar liefst 80 procent van de onderzochte bedrijven heeft geen strategie voor het omgaan met hieruit voortkomende risico's. De primaire reactie is kostenstijgingen compenseren door efficiënter grondstoffengebruik. Maar dat is een miskenning voor de risicobeheersing en een gemiste kans op een concurrentievoorsprong."
Drie pijlers
Klaas van den Berg onderscheidt in analogie met de Raw Material Initiative (EU) drie pijlers van strategisch beleid. "We moeten de toegang tot grondstoffen veilig stellen, we moeten de grondstoffen zo duurzaam mogelijk winnen en we moeten onze grondstoffen efficiënter gaan inzetten. Dit complex van issues vraagt een integrale strategie op de supply chain en een set van maatregelen die leidt tot het minimaliseren van supply chain risico's. Maar ook tot een ontkoppeling van groei en impact. Zo maak je als ondernemer van een bedreiging een duurzaam concurrentievoordeel. Slechts een kleine groep respondenten neemt maatregelen op dit niveau, bijvoorbeeld door over te schakelen op andere grondstoffen (25 procent) of substituten te onderzoeken (zeventien procent). Het verbaast mij hoe weinig bedrijven hier een strategische aanpak op ontwikkelen. Ik zou bedrijven willen oproepen deze ontwikkeling beter te analyseren."
De onderzochte bedrijven werken in de eerste plaats samen met hun leveranciers bij het inperken van risico's. Ondanks de prominente rol van regelgeving in de risicoperceptie, vormen overheden, brancheorganisaties en ngo's geen voor de hand liggende partners. Klaas van den Berg vindt de samenwerking met leveranciers voor de hand liggen, maar vraagt zich af het genoeg is. "Omdat de risico's en de kansen in de gehele keten liggen - van grondstof tot eindproduct - is het mijn aanbeveling een herziening van de integrale grondstoffenketen te overwegen."
Meer waarde uit afval
Het is volgens de respondenten vooral de taak van de overheid om zorg te dragen voor consistentere regelgeving (31 procent), gevolgd door het stimuleren van bilaterale samenwerkingsverbanden (28 procent) en het agenderen van het thema bij internationale instituten (25 procent). "Een eerste reactie zien we bij Minister Atsma die het onderwerp adresseert in zijn brief van 25 augustus 2011 aan de Tweede Kamer," zegt Klaas van den Berg. "Hij wil meer waarde uit afval halen en in Nederland een afvalrotonde inrichten, waarmee Nederland een netto grondstofleverancier wordt. Nederland neemt hiermee het initiatief om een spilfunctie in de toekomstige grondstoffenvoorziening te spelen. Zowel de fysieke, de economische en de geopolitieke dimensie worden hiermee gediend. Een ambitie die zal renderen en die wij van harte onderschrijven."
De belangrijkste uitkomsten samengevat
- 80 procent heeft geen beleid geformuleerd ten aanzien van grondstofschaarste.
- Meer dan een derde heeft ook geen maatregelen genomen.
- Efficiënter gebruik van grondstoffen is met 42 procent de meest genomen maatregel, gevolgd door substitutie (25 procent) en investering in onderzoek naar substitutie (zeventien procent).
- Om adequater te kunnen reageren op risico's door schaarste zou 33 procent actiever willen innoveren op het gebied van recycling, efficiënter gebruik van materialen en substitutie, ambieert 23 procent een duidelijkere strategie en legt negentien procent de bal neer bij de overheid in de vorm van een effectiever internationaal beleid ten aanzien van grondstoffenproblematiek.
- De belangrijkste redenen voor schaarste zijn toenemende vraag door economische groei (69 procent) en bevolkingsgroei (51 procent), gevolgd door oprakende reserves (48 procent), onvoldoende hergebruik (47 procent) en politieke instabiliteit (26 procent). Hoewel speculatie geen antwoordcategorie vormde, werd deze reden opvallend vaak genoemd bij de open antwoorden.
- Prijsstijging wordt zowel voor metalen en mineralen (81 procent) als voor energie (74 procent), voedsel (60 procent), water (56 procent) en land (46 procent) als meest bedreigend bedrijfsrisico gezien.
- Daarnaast vormen slechtere concurrentiepositie en gevaar voor leveringszekerheid (geldt beiden vooral ten aanzien van metalen en mineralen) en regelgeving (geldt vooral ten aanzien van water en energie) een belangrijke dreiging.
Europa loopt grootste risico
Schaarste vormt volgens PwC één van de belangrijkste risico's voor de continuïteit van bedrijven. Schaarste kent hierbij een fysieke dimensie (het is op!), een economische dimensie (het is duur!) en een geopolitieke dimensie (het mag de grens niet over!). Er is een tekort aan voedsel en schoon water, de minerale grondstoffen worden duurder, landen vaardigen export controls uit of nemen strategische posities in. Daarbij groeit de vraag exponentieel door snel groeiende wereldbevolking en groei van welvaart in deze landen. Europa heeft weinig grondstoffen tot beschikking, heeft wel doelstellingen maar nog geen effectieve maatregelen genomen en is hiermee het continent met de grootste risico's.