11 april 2011 -
De economie in de eurozone vertoont een veel trager groeitempo dan verwacht. Naar schatting zal het bruto binnenlands product dit jaar slechts stijgen met 1,5 procent en in 2012 met 1,7 procent. Voor Nederland zijn de verwachtingen iets gunstiger. In 2011 zal het bruto binnenlands product stijgen met 1,7 procent en voor de periode 2012-2014 wordt een stijging van gemiddeld 2,0 procent verwacht.
Dit blijkt uit de Ernst & Young Eurozone Forecast (EEF). Net als vorig jaar is naar verwachting vooral de export verantwoordelijk voor de groei van het bruto binnenlands product. De wereldeconomie blijft op stoom, aangedreven door de opkomende markten en de VS. De ramp die Japan in de afgelopen tijd heeft getroffen, lijkt daar vooralsnog geen al te grote invloed op te hebben.
Werkloosheid blijft hoog
Ook de werkloosheidscijfers blijven in de hele Eurozone waarschijnlijk hardnekkig hoog. De EEF-prognose heeft het zelfs over een werkloosheidscijfer van rond de veertien miljoen in 2015. Dat ligt nog steeds ver boven het niveau van 2007. Nederland kent iets gunstigere cijfers; waar voor de gehele Eurozone in 2011 en 2012 een werkloosheid van respectievelijk 10,0 procent en 9,7 procent wordt verwacht, voorspelt de EEF voor Nederland een werkloosheid van 4,3 procent voor beide jaren. Ondanks een opleving in de wereldeconomie wordt de eurozone nog steeds geconfronteerd met een zorgwekkende combinatie van problemen, zoals staatsschulden, politieke instabiliteit en stijgende prijzen. Die onzekerheid in het economisch klimaat blijft een remmende factor voor bedrijfsinvesteringen en de nieuwe arbeidsplaatsen die daardoor zouden kunnen ontstaan. De Eurozone gaat een langere periode van beperkte groei tegemoet.
Oplopende inflatie
De snel oplopende inflatie is zorgwekkend. In december 2010 brak die voor het eerst sinds eind 2008 door de barrière van 2,0 procent, en in februari liep het op naar 2,4 procent. Ook in Nederland is de inflatie hoog; voor 2011 voorspelt de EEF 2,1 procent inflatie en 1,8 procent in 2012. De oplopende voedsel- en grondstoffenprijzen blijken permanent te zijn door de grote vraag uit de opkomende markten. Ook de inflatie in de opkomende economieën loopt op en onlangs hebben de BRIC-landen hun rente verhoogd. Dit leidt tot importinflatie in de Eurozone. De inflatieverwachtingen worden verwerkt in de nominale looneisen. Vanwege deze ontwikkelingen heeft de ECB nu de rentevoet aangepast.
Europa met twee snelheden
De oprichting van het Europees Stabiliteitsmechanisme tijdens de laatste EU-top mag dan tijdelijk wat verlichting hebben gebracht, de spanning liep al snel weer op door de politieke instabiliteit in Portugal na het aftreden van premier Sócrates. Het economisch herstel in de eurozone blijft fragiel en Portugal heeft financiële steun aangevraagd. De zuidelijke eurozone-landen kennen een lage groei en lage inflatie, terwijl de groei en inflatie in de noordelijke landen hoog is. Zoals de EEF eerder voorspelde, leidt dit tot een verdeeld Europa met twee groeisnelheden voor een langere periode. Dit zal tot gevolg hebben dat ook de spanningen bij de ECB en de Ecofin Council zullen oplopen.