29 oktober 2010 -
Ondernemingen wereldwijd zijn weer op zoek naar nieuwe medewerkers. Het is een van de eerste signalen dat economisch herstel en groei weer een duurzame stijgende lijn laten zien. Het is de belangrijkste conclusie van het halfjaarlijkse Regus Business Tracker onderzoek onder 10.000 ondernemingen wereldwijd.
Meer dan een derde van de bedrijven (36 procent) die wereldwijd werden onderzocht geeft aan dat zij van plan zijn meer mensen aan te nemen. Bedrijven in Nederland blijven achter op het wereldwijde gemiddelde met iets meer dan een kwart (27 procent) dat voornemens is om in 2011 meer mensen aan te nemen.
Nederland positiever over de toekomst Het onderzoek geeft een beeld van de opvattingen van meer dan 10.000 senior managers in 78 landen. Zij werden gevraagd naar hun huidige omzet, winstgevendheid, verwachte toekomstige resultaten en hun algemene kijk op nationale economische groei. Deze gegevens vormen de basis voor de Business Optimism Index van het rapport, die een bijzonder beeld geeft van daadwerkelijke prestaties en vooruitzichten op de korte termijn. Wereldwijd gezien liet de index deze keer een veel positiever beeld zien, met meer optimistisch gestemde landen dan zes maanden geleden. In Nederland gaf de index 95 punten aan, een stijging van vijf punten ten opzichte van zes maanden geleden.
Stagnatie werkloosheid in 2011 De bevindingen zijn met name belangrijk in het licht van recente observaties van het IMF en het ILO, die laten zien dat de wereldwijde werkloosheid op recordhoogte is in de laatste drie jaar (zo'n 210 miljoen mensen in 2007). Beide organisaties hebben gewaarschuwd voor mogelijke problemen voor nationale economieën als deze trend zich doorzet. De resultaten van de Regus Business Tracker zijn een belangrijke aanwijzing dat de wereldwijde werkloosheid zou kunnen stagneren in 2011.
Overheadkosten moeten omlaag Mark Dixon, CEO van Regus: "Het voornemen om meer mensen aan te nemen is een duidelijke indicatie van het feit dat ondernemingen voorbereid willen zijn om kansen te grijpen die herstellende markten kunnen bieden. Het is verheugend om te zien dat in Nederland, waar de werkloosheid in augustus 2010 met 4,5 procent een van de laagste was van de Europese lidstaten², ondernemingen nog steeds voornemens zijn om meer personeel aan te trekken." Dixon vult aan: "Ondanks dit optimisme laat ons onderzoek ook zien dat 41 procent van de bedrijven nog steeds op zoek is naar manieren om de overheadkosten te verlagen, op andere manieren dan het verkleinen van het personeelsbestand. Dit laat wereldwijd een voorzichtig optimisme zien. Nu bedrijven op zoek zijn naar manieren om kostenefficiënt te werken, is het onze verwachting dat er steeds meer partijen kiezen voor flexibele manieren van werken voor huidige of toekomstige medewerkers met als doel hen een betere verhouding tussen werk en vrije tijd te bieden en daarnaast een meer flexibele organisatie te hebben."
Een mooi streven, ware het niet dat zolang ondernemers gebruik maken van de illegaliteit van werknemers om hun overheadkosten te kunnen drukken in een tijd van crisis, komt dit de rest van de werkzoekende niet ten goede. Degenen die hun steentje willen bijdragen op de arbeidsmarkt worden hiermee eerder gedemotiveerd. De berg van de uitkeringstrekkende wordt dusdanig verhoogd, dat de ene hand de andere vult en zo is de bal weer rond. Hiermee wordt de staatsruif niet gevuld.
Een andere manier van kostenefficiënt werken zou een idee zijn door meer 65 plussers aan te nemen.
Het mes snijdt dan immers aan twee kanten. De werkgever betaalt minder premie en men weet zeker dat men een gemotiveerd iemand heeft met ervaring. Flexibiliteit vanzelfsprekend gegarandeerd. Met de ruimte in tijd van deze generatie kan meer worden geschoven dan de jongere wiens eisen hoger liggen. De vanzelfsprekendheid die zij van de werkgever verwachten zich aan te passen aan tijden van hun kinderopvang vind ik niet erg meegaand. Laat staan de financiële verplichtingen aan een crèche is voor een werkgever niet echt kostendrukkend.
Goede mensen vind je alleen als deze door goede mensen gezocht worden. Ik ben niet onder de indruk van de gemiddelde P&O-er die soms relatief zwaar personeel moet werven. Als dat nu eerst eens goed vormgegeven wordt, dan kan die man of vrouw in de arbeidsmarkt op zoek gaan naar de krenten uit de pap.
Harm
|
|
29
-
10
-
2010
|
12
:
34
uur
Een positieve ontwikkeling.
Waar ik nu als wat ''rijpere'' werkzoekende van boven de 50 jaar ondervind is dat nagenoeg alle arbeidsbemiddelingsbureau achter een Internet-site verstopt zitten en blijven.
Ik mis professionals die werken vanuit het perspectief van de werkzoekenden. Richting de werkzoekende vind ik daardom de zgn arbeidsbemiddelingsbureau te gemakzuchtig, als er krapte op de arbeidsmarkt komt dan zullen de wrange vruchten hiervan zwaar op hun maag vallen.
Nu weet ik wel dat je zelf actief moet zijn, dan ben ik zeker, maar een echte professionele banenzoeker kan vele malen effectiever zijn.
M.a.w. willen we voorbereid zijn dan zullen we de vraag (werkgever) en aanbod (werknemer) van beide partijen uit op een professionele en proactieve wijze begeleid moeten worden, Helaas is dit nu nog te veel eenrichting verkeer.
Ik ben het zowel met mw. van Wanrooij als Harm eens. Ik heb met beide rollen te maken, 25 jaar P&O/HRM adviseur binnen de overheid en momenteel directeur van een W&S bureau voor Nieuwe Nederlanders. In mijn eerste rol mis ook ik de bevlogenheid van de gemiddelde HRMer om het primaire proces te doorgronden en vanuit die meerwaarde bijvoorbeeld te participeren in W&S procedures. Als directeur van het bemiddelingsbureau ALLTOP moet ik de doelgroep, waarvoor ik werk, goed kennen anders organiseer je geheid een mismatch, omdat je aanloopt tegen vooringenomenheid, misopvattingen, verkeerde inschattingen etc. over de doelgroep. ALLTOP maakt deze zaken, indien zij spelen, bespreekbaar en hanteerbaar en dat betekent concreet dat je van achter je bureau moet stappen en vooral moet praten met cliënten (kandidaten en werkgevers). Het gaat om maatwerk!
